Indem die beanstandete Bestimmung darauf abzielt, « die Rückerstattung von demjenigen zu verlangen, der sich fehlerhaft oder betrügerisch verhalten hat » (Parl. Dok. , Senat 1975-1976, Nr. 901-2, S. 5), präzisiert sie die Haftung desjenigen, dessen Verhalten (betrügerisch oder fehlerhaft) dazu geführt hat, dass diese Zahlung unrechtmässig erfolgt ist.
Door te beogen « de terugbetaling ten laste te leggen van degene die de vergissing begaan heeft of het bedrog gepleegd heeft » (Parl. St. , Senaat, 1975-1976, nr. 901-2, p. 5), preciseert de in het geding zijnde bepaling de aansprakelijkheid van degene wiens gedrag (bedrog of vergissing) ertoe heeft geleid dat die betaling onterecht is gebeurd.