Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "sich appellationshof lüttich ebenfalls " (Duits → Nederlands) :

Diese Maßnahme erweist sich im Übrigen nicht als unerlässlich, um die Kontinuität des Dienstes der Justiz zu gewährleisten, da, wie in B.10.3.2 angeführt wurde, ein Mobilitätsmechanismus besteht, der es den Richtern des Bereichs des Appellationshofes Lüttich ermöglicht, mit ihrem Einverständnis und unter Einhaltung des Gesetzes vom 15. Juni 1935 über den Sprachengebrauch in Gerichtsangelegenheiten an die Gerichte des Bezirks Eupen abgeordnet zu werden (Artikel 98 Absatz 4 des Gerichtsgesetzbu ...[+++]

Die maatregel blijkt overigens niet onontbeerlijk om de continuïteit van de rechtsbedeling te verzekeren, aangezien, zoals in B.10.3.2 is vermeld, er een mobiliteitsmechanisme bestaat dat het de rechters van het rechtsgebied van het Hof van Beroep te Luik, met hun instemming en met naleving van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken, mogelijk maakt opdracht te krijgen in de rechtbanken van het arrondissement Eupen (artikel 98, vierde lid, van het Gerechtelijk Wetboek, ingevoegd bij artikel 28 van de wet van 31 december 2013).


« Verstoßen die Artikel 63, 165 und 167 des Zivilgesetzbuches, an sich oder in Verbindung miteinander, indem sie gemäß der vorerwähnten Auslegung, die ihnen durch den Appellationshof Lüttich verliehen wurde, voraussetzen, dass die in Artikel 167 des Zivilgesetzbuches genannte Beschwerde in dem Fall für gegenstandslos zu erklären ist, dass sie zwar innerhalb einer Frist von einem Monat nach der Notifizierung der Entscheidung des Standesbeamten zur Weigerung, die Trauung vorzunehmen, eingereicht ...[+++]

« Schenden de artikelen 63, 165 en 167 van het Burgerlijk Wetboek, afzonderlijk genomen of met elkaar in samenhang gelezen, in zoverre zij, volgens de bovenvermelde interpretatie die eraan wordt gegeven door het Hof van Beroep te Luik, impliceren dat het beroep bedoeld in artikel 167 van het Burgerlijk Wetboek zonder voorwerp moet worden verklaard in de hypothese dat het weliswaar wordt uitgeoefend binnen de maand na de kennisgeving van de weigeringsbeslissing van de ambtenaar van de burgerlijke stand om het huwelijk te voltrekken maar na de oorspronkelijke termijn van 6 maanden en 14 dagen om het huwelijk te voltrekken, niet met name de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met andere, supranationale wetsbepa ...[+++]


Bekanntmachung vorgeschrieben durch Artikel 74 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 In seinem Entscheid vom 7. Januar 2015 in Sachen der Staatsanwaltschaft und anderer gegen M.W., dessen Ausfertigung am 4. Februar 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat der Appellationshof Lüttich folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 7 des Gesetzes vom 14. Januar 2013 zur Festlegung steuerrechtlicher und sonstiger Bestimmungen im Bereich der Justiz, der Artikel 24 des einleitenden Titels des Strafprozessgesetzbuches ergänzt, gegen die Artikel 10, 11, 12 und 13 der Verfa ...[+++]

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 7 januari 2015 in zake het openbaar ministerie en anderen tegen M.W., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 4 februari 2015, heeft het Hof van Beroep te Luik de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 7 van de wet van 14 januari 2013 houdende fiscale en andere bepalingen betreffende justitie, dat artikel 24 van de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering aanvult, de artikelen 10, 11, 12 en 13 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met de beginselen van wettigheid, rechtszekerheid en ...[+++]


Er führt ebenfalls an, dass die Beantwortung der Vorabentscheidungsfragen offensichtlich nicht sachdienlich zur Lösung der Streitsache sei, insofern sie sich auf andere Magistrate als diejenigen des Appellationshofes bezögen.

Hij voert eveneens aan dat het antwoord op de prejudiciële vragen kennelijk niet nuttig is om het geschil op te lossen in zoverre zij de andere magistraten dan die van het hof van beroep beogen.


Der Generalprokurator beim Appellationshof Lüttich führt verschiedene Einreden der Unzulässigkeit gegen diese Klagegründe an, die seines Erachtens keinen richtigen Vergleich beinhalteten, unpräzise seien, einen Vergleich von Personen, die sich nicht in vergleichbaren Situationen befänden, enthielten oder sich nur auf Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention bezögen.

De procureur-generaal bij het Hof van Beroep te Luik werpt verschillende excepties van niet-ontvankelijkheid van die middelen op, die volgens hem geen werkelijke vergelijking zouden vertonen, onnauwkeurig zouden zijn, personen met elkaar zouden vergelijken die zich niet in vergelijkbare situaties bevinden of alleen artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens zouden aanvoeren.


Der Appellationshof Lüttich bittet den Hof ebenfalls um die Prüfung der Vereinbarkeit der fraglichen Bestimmungen mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, nicht nur an sich, sondern auch in Verbindung mit den Grundsätzen der Nichtrückwirkung der Gesetze, der Rechtssicherheit, des Vertrauens und des fairen Verfahrens sowie mit Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention.

Het Hof van Beroep te Luik verzoekt het Hof eveneens de bestaanbaarheid na te gaan van de in het geding zijnde bepalingen met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, niet alleen afzonderlijk maar ook in samenhang gelezen met de beginselen van niet-retroactiviteit van de wetten, van rechtszekerheid, van vertrouwen en van een eerlijk proces en met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens.


In Belgien zum Beispiel ist die Strecke zwischen Aachen und Lüttich damit ausgestattet, und ICT-Züge, die auf dieser Strecke verkehren, sind ebenfalls damit ausgestattet.

In België is de lijn tussen Aken en Luik bijvoorbeeld voorzien van ERTMS, en hetzelfde geldt voor de ICT-treinen die op deze lijn rijden.


Der Appellationshof Lüttich stellt dem Hof die Frage, ob Artikel 841 Absatz 2 des Gerichtsgesetzbuches mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung vereinbar sei, indem er bestimme, dass ein Richter, der sich weigere, sich zu enthalten, zur bernahme der Gerichtskosten verurteilt werde, während nur die am Verfahren beteiligten « Parteien » gemäss Artikel 1017 des Gerichtsgesetzbuches dazu verurteilt werden könnten und der Magistrat, dessen Ablehnung beantragt werde und der nach der Lehre des Kassationshofes keine am V ...[+++]

Het Hof van Beroep te Luik vraagt het Hof naar de bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, van artikel 841, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek in zoverre het stelt dat de rechter die geweigerd heeft zich van de zaak te onthouden, in de kosten wordt verwezen terwijl enkel « de partijen » bij het geding daarin kunnen worden verwezen overeenkomstig artikel 1017 van het Gerechtelijk Wetboek en terwijl de magistraat van wie de wraking wordt gevorderd, vermits hij volgens de lering van het Hof van Cassatie geen « partij » bij het geding is, niet dezelfde rechten geniet als gelijk welke andere « partij », met name het r ...[+++]


Mittels Urteils vom 7. Februar 1995 hat sich der Appellationshof Lüttich ebenfalls geweigert, die präjudizielle Frage zu stellen, da, unter Berücksichtigung des Artikels 320 des Zivilgesetzbuches und « in der Annahme, dass der Schiedshof urteilen würde, dass Artikel 332 des Zivilgesetzbuches die Artikel 10 und 11 der Verfassung verletzt, der Berufungskläger das Kind deshalb noch nicht anerkennen dürfte, wenn der Berufungsbeklagte den Statusbesitz hat », so dass die Frage für die Beilegung des Rechtsstreits bedeutungslos sei.

Bij arrest van 7 februari 1995 heeft het Hof van Beroep te Luik eveneens geweigerd de prejudiciële vraag te stellen omdat, gelet op artikel 320 van het Burgerlijk Wetboek en « in de veronderstelling dat het Arbitragehof zou oordelen dat artikel 332 van het Burgerlijk Wetboek de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schendt, eiser in hoger beroep het kind daarom nog niet zou mogen erkennen indien geïntimeerde het bezit van staat heeft », zodat de vraag geen nut zou hebben voor de oplossing van het geding.


w