Die Artikel 10 und 11 der Verfassung setzen zwar grundsätzlich einen Vergleich der Lage von zwei verschiedenen Kategorien von Personen und nicht der Lage derselben Kategorie von Personen unter der Geltung der früheren bzw. der neuen Gesetzgebung voraus, da andernfalls jede Gesetzesänderung unmöglich wäre, doch dies gilt nicht, wenn im Zusammenhang mit diesen Bestimmungen ein Verstoss gegen Artikel 7 der Europäischen Menschenrechtskonvention und gegen Artikel 15 des Internationalen Paktes über bürgerliche und politische Rechte angeführt wird.
De artikelen 10 en 11 van de Grondwet nopen in beginsel weliswaar tot een vergelijking van de situatie van twee verschillende categorieën van personen en niet van de situatie van eenzelfde categorie van personen onder de gelding van de vroegere en de nieuwe wetgeving, zo niet zou elke wijziging van de wetgeving onmogelijk worden, maar dat geldt niet wanneer in samenhang met die bepalingen een schending van artikel 7 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en van artikel 15 van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten wordt aangevoerd.