3.3.3 Der Simulator muß z. B. durch Wahl der Blende nach Punkt 3.3.1 so eingestellt sein, daß bei Anschluß eines Behälters von 385 cm3 ± 5 cm3 die Zeit für den Druckanstieg von 0,65 bar auf 4,9 bar (das sind 10 % und 75 % des Nenndrucks von 6,5 bar) 0,2 Sekunden ± 0,01 Sekunden beträgt.
3.3.3. De simulator moet (bv. door de keuze van de in punt 3.3.1 bedoelde restrictie) zo zijn ingesteld dat bij aansluiting op een reservoir met een volume van 385 ± 5 cm³ de tijd van de drukopbouw van 0,65 bar tot 4,9 bar (d.w.z. 10 en 75 % van de nominale druk van 6,5 bar) 0,2 ± 0,01 s bedraagt.