(5) Ein Mitgliedstaat kann unter Berücksichtigung der Nutzung der Spielräume gemäß den Absätzen 3 und 4 den Teil seiner jährlichen Emissionszuweisung, der seine Treibhausgasemissionsmengen des betreffenden Jahres übersteigt, anderen Mitgliedstaaten übertragen.
5. Wanneer de broeikasgasemissies van een lidstaat in een jaar lager zijn dan de voor dat jaar aan de lidstaat toegekende emissieruimte, mag deze lidstaat het ongebruikte deel van zijn emissieruimte, rekening houdend met het gebruik van de flexibele instrumenten overeenkomstig de leden 3 en 4, aan andere lidstaten overdragen.