1. Unbeschadet des Kapitels IV-B entscheidet jeder Mitgliedstaat über die Genehmigung für die Inbetriebnahme von strukturellen Teilsystemen, die Bestandteil des Eisenbahnsystems sind und in seinem Hoheitsgebiet installiert oder betrieben werden.
1. Onverminderd het bepaalde in hoofdstuk IV - B is het aan elke lidstaat om toestemming te geven voor de indienststelling van de zich op zijn grondgebied bevindende of geëxploiteerde subsystemen van structurele aard, die van het spoorwegsysteem deel uitmaken.