Vertaling van "sehr zwingend " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

zwingende Bestimmung | zwingende Vorschrift
dwingende bepaling

zwingende Gründe des Allgemeininteresses | zwingende Gründe des überwiegenden öffentlichen Interesses
dwingende reden van groot openbaar belang | dwingende redenen van algemeen belang

sehr persistent und sehr bioakkumulierbar | vPvB [Abbr.]
VPVB-stoffen | zeer persistent en sterk bioaccumulerend | zeer persistent en zeer bioaccumulerend | VPVB [Abbr.] | zPzB [Abbr.]

zwingende Frist
dwingend termijn

zwingend
bindend

zwingende Notwendigkeit
dwingende noodzaak

grampositiv | Färbung | durch die sehr ähnlich aussehende Bakterien
grampositief | met betrekking tot bacteriën die bij gramkleuring hun kleuring behouden

kolloid(al) | sehr fein verteilt
colloïdaal | met betrekking tot een vloeibare oplossing

sehr kurzfristige Finanzierung
financiering met zeer korte looptijd [ financiering op zeer korte termijn ]

sehr langfristige Prognose
prospectief onderzoek [ raming op zeer lange termijn ]

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Anderseits hat der CRAT Bedenken über den Genauigkeitsgrad der zusätzlichen Vorschriften, die sich auf lokaler Ebene als sehr zwingend erweisen werden.
De « CRAT » stelt zich ook vragen over het detailniveau van de bijkomende voorschriften, die een uiterst dwingend karakter zullen hebben op plaatselijke schaal.

Nur « in sehr außergewöhnlichen Fällen, wenn humanitäre Erwägungen gegen die Ausweisung zwingend sind » kann ein Verstoß gegen Artikel 3 der Europäischen Menschenrechtskonvention vorliegen (EuGHMR, Große Kammer, 27. Mai 2008, N. gegen Vereinigtes Königreich, § 42).
Enkel « in zeer uitzonderlijke gevallen, wanneer de humanitaire redenen die pleiten tegen de uitwijzing dwingend zijn », kan een schending van artikel 3 van het Europees Verdrag aan de orde zijn (EHRM, grote kamer, 27 mei 2008, N. t. Verenigd Koninkrijk, § 42).

Nur « in sehr aussergewöhnlichen Fällen, wenn humanitäre Erwägungen gegen die Ausweisung zwingend sind » kann ein Verstoss gegen Artikel 3 der Europäischen Menschenrechtskonvention vorliegen (EuGHMR, Grosse Kammer, 27. Mai 2008, N. gegen Vereinigtes Königreich, § 42).
Enkel « in zeer uitzonderlijke gevallen, wanneer de humanitaire redenen die pleiten tegen de uitwijzing dwingend zijn », kan een schending van artikel 3 van het Europees Verdrag aan de orde zijn (EHRM, grote kamer, 27 mei 2008, N. t. Verenigd Koninkrijk, § 42).

Da jedoch die Situation der Rinderzucht in Europa von Land zu Land sehr unterschiedlich ist, sollte die elektronische Kennzeichnung für die Züchter freiwillig bleiben, solange der betreffende Mitgliedstaat sie auf seinem Staatsgebiet nicht zwingend vorschreibt.
Toch moet de elektronische identificatie, gezien de grote diversiteit in de Europese rundveehouderij, facultatief blijven voor de rundveehouders, tenzij de betreffende lidstaat ervoor kiest om de elektronische identificatie op zijn grondgebied verplicht te stellen.

14. ist der Ansicht, dass sowohl Unternehmerverträge als auch Verbraucherverträge erfasst werden sollten; betont, dass das optionale Instrument ein sehr hohes Niveau des Verbraucherschutzes vorsehen muss, um Verbraucher für den Schutz zu entschädigen, den sie normalerweise nach den Regeln ihres einzelstaatlichen Rechts genießen würden; fordert weitere Erklärungen, wie dies erreicht werden könnte; ist daher der Ansicht, dass das Verbraucherschutzniveau höher als der Mindestschutz im Besitzstand des Verbraucherrechts sein und einzelstaatliche zwingende Vorschriften erfassen sollte, da zufriedenstellende Lösungen für die Probleme des internationalen Privatrechts gefunden werden müssen; ist der Ansicht, dass dieses hohe Verbraucherschutzniveau auch im Interesse der Unternehmen liegt, da sie nur dann die Vorteile des optionalen Instrument werden ausschöpfen können, wenn Verbraucher aller Mitgliedstaaten davon überzeugt sind, dass die Wahl des optionalen Instruments sie nicht schutzlos stellen wird;
14. is van mening dat zowel contracten tussen ondernemingen onderling (B2B) als tussen ondernemingen en consumenten (B2C) onder het instrument dienen te vallen; benadrukt dat het facultatief instrument een zeer hoog niveau van consumentenbescherming moet bieden ten einde de consumenten te compenseren voor de bescherming die zij normaliter krachtens hun nationale recht zouden genieten; wenst nadere uitleg over de wijze hoe dit kan worden gerealiseerd; is daarom van mening dat het niveau van consumentenbescherming hoger dient te zijn dan het de minimumbescherming die het consumentenacquis biedt en betrekking dient te hebben op nationale dwingende regels, aangezien er bevredigende oplossingen moeten worden gevonden voor problemen op het gebied van het internationaal privaatrecht; meent dat dit hoge niveau van consumentenbescherming ook in het belang van bedrijven is, omdat deze alleen de vruchten van het facultatief instrument zullen kunnen plukken als consumenten in alle lidstaten erop vertrouwen dat de keuze voor het facultatief instrument hen niet van deze bescherming zal beroven;

14. ist der Ansicht, dass sowohl Unternehmerverträge als auch Verbraucherverträge erfasst werden sollten; betont, dass das optionale Instrument ein sehr hohes Niveau des Verbraucherschutzes vorsehen muss, um Verbraucher für den Schutz zu entschädigen, den sie normalerweise nach den Regeln ihres einzelstaatlichen Rechts genießen würden; fordert weitere Erklärungen, wie dies erreicht werden könnte; ist daher der Ansicht, dass das Verbraucherschutzniveau höher als der Mindestschutz im Besitzstand des Verbraucherrechts sein und so viele einzelstaatliche zwingende Vorschriften wie möglich erfassen sollte, da zufriedenstellende Lösungen für die Probleme des internationalen Privatrechts gefunden werden müssen; ist der Ansicht, dass dieses hohe Verbraucherschutzniveau auch im Interesse der Unternehmen liegt, da sie nur dann die Vorteile des optionalen Instrument werden ausschöpfen können, wenn Verbraucher aller Mitgliedstaaten davon überzeugt sind, dass die Wahl des optionalen Instruments sie nicht schutzlos stellen wird;
14. is van mening dat zowel contracten tussen ondernemingen onderling (B2B) als tussen ondernemingen en consumenten (B2C) onder het instrument dienen te vallen; benadrukt dat het facultatief instrument een zeer hoog niveau van consumentenbescherming moet bieden ten einde de consumenten te compenseren voor de bescherming die zij normaliter krachtens hun nationale recht zouden genieten; wenst nadere uitleg over de wijze hoe dit kan worden gerealiseerd; is daarom van mening dat het niveau van consumentenbescherming hoger dient te zijn dan het de minimumbescherming die het consumentenacquis biedt en betrekking dient te hebben op zo veel mogelijk nationale dwingende regels, aangezien er bevredigende oplossingen moeten worden gevonden voor problemen op het gebied van het internationaal privaatrecht; meent dat dit hoge niveau van consumentenbescherming ook in het belang van bedrijven is, omdat deze alleen de vruchten van het facultatief instrument zullen kunnen plukken als consumenten in alle lidstaten erop vertrouwen dat de keuze voor het facultatief instrument hen niet van deze bescherming zal beroven;

9. stellt fest, dass die Sozialvorschriften im Straßenverkehr, insbesondere die Verordnung (EWG) Nr. 3821/85 und die Verordnung (EG) Nr. 561/2006 sowie die Richtlinie 2006/22/EG, den Mitgliedstaaten sehr viel Raum für Interpretation lassen; bedauert, dass die zahlreichen unpräzisen Formulierungen in den europäischen Regelungen zwingend zu einer uneinheitlichen Umsetzung in den Mitgliedstaaten führen; vertritt die Auffassung, dass zunächst eine einheitliche und verbindliche Auslegung dieser Verordnungen und der Richtlinie erforderlich ist, um eine weitere Harmonisierung zu erreichen;
9. constateert dat de sociale voorschriften voor het wegvervoer, met name Verordening (EEG) nr. 3821/85 en Verordening (EG) nr. 561/2006 alsmede Richtlijn 2006/22/EG, de lidstaten erg veel ruimte voor interpretatie bieden; betreurt het dat het grote aantal onnauwkeurige formuleringen in de Europese regelingen onvermijdelijk leidt tot een ongelijke tenuitvoerlegging in de lidstaten; is van mening dat om te beginnen een eenduidige en bindende interpretatie van deze verordeningen en de richtlijn nodig is teneinde tot verdere harmonisatie te komen;

36. begrüßt das im Frühjahr 2008 vereinbarte Memorandum of Understanding über die Zusammenarbeit zwischen den Finanzaufsichtsbehörden, den Zentralbanken und Finanzministerien der Europäischen Union im Bereich der grenzüberschreitenden Finanzstabilität; unterstreicht jedoch, dass es sich bei diesem Memorandum of Understanding lediglich um ein nicht zwingendes Instrument ("soft law") handelt und dass das Memorandum von der Bereitschaft der Mitgliedstaaten zur gegenseitigen Zusammenarbeit abhängt; ist der Auffassung, dass – selbst wenn Regeln zur Lastenteilung ex ante sehr schwer festzulegen sind – die Arbeit im Bereich des Krisenmanagements fortgeführt werden muss;
36. verheugt zich over de gemeenschappelijke intentieverklaring voor samenwerking voor internationale financiële stabiliteit tussen de toezichthoudende financiële autoriteiten, de centrale banken en de ministeries van Financiën van de Europese Unie, overeengekomen in de lente van 2008; onderstreept echter dat de gemeenschappelijke intentieverklaring slechts zachte wetgeving vertegenwoordigt en staat of valt met de bereidheid van de lidstaten om met elkaar samen te werken; is van mening dat, ook al zijn regels voor lastenverdeling zeer moeilijk ex ante op te stellen, het werk voor crisisbeheersing moet worden voortgezet;

Die gesetzliche Sperre von fünf Prozent stelle hingegen eine sehr zwingende Sperre auf französischsprachiger Seite dar, da sie fast vier Mal höher sei als die « natürliche » Sperre für die zweiundsiebzig französischsprachigen Gewählten.
De wettelijke kiesdrempel van 5 pct. zou daarentegen een zeer dwingende drempel vormen aan Franstalige kant, daar die bijna vier keer hoger ligt dan de « natuurlijke » kiesdrempel voor de tweeënzeventig Franstalige verkozenen.

Die gesetzliche Sperre von fünf Prozent stelle hingegen eine sehr zwingende Sperre auf französischsprachiger Seite dar, da sie fast vier Mal höher sei als die « natürliche » Sperre (1,38 Prozent) für die zweiundsiebzig französischsprachigen Gewählten.
De wettelijke kiesdrempel van 5 pct. zou daarentegen een zeer dwingende drempel vormen aan Franstalige kant, daar die bijna vier keer hoger ligt dan de « natuurlijke » kiesdrempel (1,38 pct) voor de tweeënzeventig Franstalige verkozenen.