Artikel 6 legt jedoch fest, dass die aufsichtführende Behörde innerhalb einer Frist von sechzig Tagen befinden muss, und er präzisiert: « Bei Fristüberschreitung gilt der Beschluss der Disziplinarbehörde als genehmigt ».
Artikel 6 bepaalt echter dat de toezichthoudende overheid uitspraak moet doen binnen een termijn van zestig dagen, en preciseert : « Bij niet-naleving van deze termijn wordt het besluit van de tuchtoverheid geacht te zijn goedgekeurd ».