Vertaling van "sechs mitgliedstaaten ausgegangen " (Duits → Nederlands) :

Alle Mitgliedstaaten mit Ausnahme von EE, ES und RO haben diese Vermutung in ihr nationales Recht aufgenommen. In NL wird sogar von einem Beschäftigungsverhältnis von sechs Monaten ausgegangen.
Uitgezonderd EE en RO hebben alle lidstaten deze aanname in hun wetgeving opgenomen; NL bepaalt zelfs dat moet worden uitgegaan van zes maanden.

Wir bedauern den Druck, der vom ursprünglichen Vorschlag von sechs Mitgliedstaaten ausgegangen ist, von denen man einige aufgrund ihrer derzeitigen Situation sehr gut verstehen kann; andere jedoch vermögen es nicht, den zusätzlichen Wert jedes ausgegebenen Euro und den hohen wirtschaftlichen und kommerziellen Gewinn, den sie aus der Entwicklung der Union ziehen, hinreichend zu erklären.
Wij betreuren de druk die is uitgegaan van het oorspronkelijke voorstel van zes lidstaten, waarvan één meer dan begrijpelijke conjuncturele redenen had, maar waarvan andere ervan verdacht worden dat ze de toevoegde waarde van elke uitgegeven euro en de grote economische en handelsvoordelen die de ontwikkeling van de Unie hun oplevert, onvoldoende toelichten.

16. ist besorgt darüber, dass bei sechs Mitgliedstaaten von einem hohen Risiko für die langfristige Tragfähigkeit ihrer öffentlichen Finanzen aufgrund der Folgen einer alternden Bevölkerung für den Haushalt ausgegangen wird, während bei zehn weiteren Mitgliedstaaten von einem mittleren Risiko und nur bei neun Mitgliedstaaten von einem geringen Risiko die Rede ist;
16. maakt zich er zorgen over dat de houdbaarheid van de overheidsfinanciën van zes lidstaten waarschijnlijk groot gevaar loopt door het effect van een vergrijzende bevolking op de begroting, terwijl tien lidstaten gemiddeld gevaar lopen en maar negen lidstaten weinig gevaar;

26. fordert die Kommission nachdrücklich auf, die Auswirkungen einer Erweiterung, die in anderer Weise stattfinden wird, als 1999 auf dem Europäischen Rat von Berlin und vom Parlament erwartet, insbesondere was die Zeitpunkte und die Reihenfolge des Beitritts der Bewerberländer zur Union anbelangt, auf den Haushalt zu berücksichtigen; fordert die Kommission auf, Szenarien für die Anpassung der Finanziellen Vorausschau (Verwendung von Rubrik 8) aufzustellen, insbesondere für den Fall, dass mehr als sechs neue Mitgliedstaaten vor 2006 der Europäischen Union beitreten und das erste Bewerberland der Union erst nach 2002 beitreten wird; fordert die Kommission nachdrücklich auf, die Auswirkungen der Erweiterung auf Wirtschaft und Haushalt über den Zeitraum des Finanzrahmens 2000-2006 hinaus zu prüfen, der von der Annahme ausging, dass sechs Mitgliedstaaten der Union beitreten; hält es für notwendig, dass vor dem nächsten langfristigen Haushaltsansatz Berechnungen angestellt werden, bei denen von einer vollen Beteiligung von bis zu 13 neuen Mitgliedstaaten ausgegangen wird, was es unter anderem erforderlich macht, dass die Agrar- und die Regionalpolitik voll und ganz reformiert werden;
26. dringt er bij de Commissie op aan rekening te houden met de begrotingsgevolgen van een uitbreiding die op een andere wijze zal geschieden dan in 1999 werd verwacht door de Europese Raad van Berlijn en door het Parlement, met name voor wat de toetredingsdata en de volgorde van toetreding van de kandidaatlanden betreft; verzoekt de Commissie scenario's te ontwikkelen voor het aanpassen van de financiële vooruitzichten (gebruik van rubriek 8), met name voor het geval dat vóór 2006 meer dan zes nieuwe lidstaten deel gaan uitmaken van de EU, alsmede voor het geval dat de eerste kandidaatlanden na 2002 tot de Unie zullen toetreden; dringt er bij de Commissie op aan een onderzoek te wijden aan de economische en budgettaire consequenties van de uitbreiding na de periode van het financiële kader 2000-2006, dat gebaseerd was op de veronderstelling dat zes landen tot de Unie zouden toetreden; onderstreept de noodzaak dat men vóór de volgende lange-termijnbegroting berekeningen maakt die gebaseerd zijn op een volledige deelneming van dertien potentiële nieuwe lidstaten, hetgeen onder meer vereist dat het landbouwbeleid en het regionaal beleid volledig zijn hervormd;

Der allgemeine Finanzrahmen, den die fünfzehn Mitgliedstaaten auf dem Berliner Gipfel im Jahr 1999 festgelegt hatten, sieht für den Zeitraum 2002-2006 jährliche Beträge vor, die sich von 6.450 Mio. € auf 16.780 Mio. € (Mittel für Verpflichtungen) erhöhen sollten, wobei vom Beitritt sechs neuer Mitgliedstaaten im Jahr 2002 ausgegangen wurde.
Het algemene budgettaire kader dat de vijftien lidstaten hebben vastgesteld op de top van Berlijn in 1999 voorzag voor de periode 20022006 in een jaarlijks bedrag dat zou beginnen bij 6,45 miljard euro en toenemen tot 16,78 miljard euro (vastleggingskredieten), waarbij ervan werd uitgegaan dat in 2002 zes nieuwe lidstaten zouden toetreden.