Im dritten Teil des ersten Klagegrunds der beiden Klagen wird der Hof gebeten, über die Vereinbarkeit von Artikel 4 Absätze 2 und 3 erster Satz sowie von Artikel 8 Absätze 2 und 3 erster Satz des Dekrets vom 16. Juni 2006 mit den Artikeln 10, 11 und 191 der Verfassung in Verbindung mit gewissen Bestimmungen des internationalen Rechts zu befinden.
In het derde onderdeel van het eerste middel van de twee beroepen wordt het Hof verzocht zich uit te spreken over de bestaanbaarheid van artikel 4, tweede lid en derde lid, eerste zin, en van artikel 8, tweede lid en derde lid, eerste zin, van het decreet van 16 juni 2006 met de artikelen 10, 11 en 191 van de Grondwet, in samenhang gelezen met sommige internationaalrechtelijke bepalingen.