18. fordert die Mitgliedstaaten auf, selbständige Tätigkeiten junger Menschen zu fördern, indem unternehmerisches Denken stärker vermittelt wird; betont, dass besondere Aufmerksamkeit darauf verwandt werden sollte, die Risikoscheu unter jungen Menschen zu senken, da dies eine Vorbedingung für erfolgreiches Unternehmertum ist; fordert außerdem, dass von jungen Menschen gegründete und geführte Unternehmen steuerlich begünstigt werden, damit sich eine Unternehmenskultur entwickelt und Kapazitäten für die Schaffung neuer Arbeitsplätze entstehen;
18. verzoekt de lidstaten zelfstandig werk onder jongeren te ondersteunen door de opleiding van ondernemers te verbeteren; benadrukt dat er met name aandacht wordt geschonken aan het verminderen van de risicoaversie onder jongeren, aangezien dit een voorwaarde is voor succesvol ondernemerschap; verzoekt door jongeren opgerichte en geleide ondernemingen belastingvoordelen te verschaffen teneinde de ondernemingscultuur en de mogelijkheid om nieuwe arbeidsplaatsen te creëren, te ontwikkelen;
