(5) Die Mitgliedstaaten stellen sicher, dass Aktivitäten in Bezug auf Förder- und Nichtförderanlagen nicht aufgenommen oder fortgesetzt werden bis der Bericht über ernste Gefahren von der zuständigen Behörde gemäß dieser Richtlinie abgenommen wurde.
5. De lidstaten zorgen ervoor dat niet met activiteiten in verband met productie- en niet-productie-installaties wordt begonnen of dat deze niet worden voortgezet alvorens het rapport inzake grote gevaren is aanvaard door de bevoegde autoriteit, overeenkomstig deze richtlijn.