Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «richter wohl diese » (Allemand → Néerlandais) :

Der vorlegende Richter stellt dem Gerichtshof eine Frage bezüglich der Vereinbarkeit von Artikel 38 § 6 des Straßenverkehrsgesetzes mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, insofern die Kategorie von Personen, die verurteilt worden seien, weil sie ein Fahrzeug außerhalb der Grenzen der Fahrerlaubnis, deren Inhaber sie seien, gesteuert hätten - in Artikel 30 § 2 desselben Gesetzes vorgesehener Verstoß, im Sinne des vorerwähnten Artikels 38 § 6 -, auf die gleiche Weise behandelt werde wie die Kategorie von Personen, die aufgrund der anderen in diesem Artikel ...[+++]

De verwijzende rechter stelt aan het Hof een vraag over de bestaanbaarheid van artikel 38, § 6, van de Wegverkeerswet met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre de categorie van personen die zijn veroordeeld omdat zij een voertuig hebben bestuurd buiten de perken van het rijbewijs waarvan zij houder zijn - overtreding waarin is voorzien in artikel 30, § 2, van dezelfde wet, bedoeld in het voormelde artikel 38, § 6 - op dezelfde wijze wordt behandeld als de categorie van personen die zijn veroordeeld op grond van de andere in dat artikel 38, § 6, vermelde overtredingen, terwijl de eerste categorie, bij een veroordeling wegens e ...[+++]


Indem überdies präzisiert wird, dass dieses Fehlen von mildernden Umständen im schriftliche Antrag vor der Anklagekammer begründet werden muss, wird in diesem Rundschreiben vorgeschrieben, dass die Staatsanwaltschaft die Fälle begründet, in denen sie ein Verbrechen wohl durch den verfassungsmäßig zuständigen Richter beurteilen lassen möchte.

Door bovendien te preciseren dat het die afwezigheid van verzachtende omstandigheden is die moet worden gemotiveerd in de schriftelijke vordering voor de kamer van inbeschuldigingstelling, vereist die omzendbrief dat het openbaar ministerie die gevallen motiveert waarin het een misdaad wel wil laten beoordelen door de grondwettelijk bevoegde rechter.


Der vorlegende Richter möchte vom Gerichtshof erfahren, ob diese Bestimmung gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung verstößt, ausgelegt in dem Sinne, dass dadurch der Architektenkammer nicht die Befugnis erteilt werde, entweder als Zivilpartei vor dem Strafrichter oder als klagende Partei vor dem Zivilrichter aufzutreten gegen Verstöße gegen Gesetze und Verordnungen zum Schutz des Architektentitels und -berufs, während ein Berufsverband im Sinne des Gesetzes vom 31. März 1898 über die Berufsverbände ...[+++]

De verwijzende rechter wenst van het Hof te vernemen of die bepaling de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schendt, in de interpretatie dat zij geen bevoegdheid toekent aan de Orde van architecten om, hetzij als burgerlijke partij voor de strafrechter, hetzij als eisende partij voor de burgerlijke rechter, in rechte op te treden tegen inbreuken op de wetten en reglementen tot bescherming van de titel en van het beroep van architect, terwijl een beroepsvereniging in de zin van de wet van 31 maart 1898 op de beroepsverenigingen, wel voor de gewone rechtscolleges in rechte kan optreden ter bescherming van de belangen waarvoor zij is opgeric ...[+++]


Der vorlegende Richter möchte vom Gerichtshof erfahren, ob diese Bestimmung gegen die Artikel 10, 11 und 13 der Verfassung in Verbindung mit Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention verstoße, insofern « die Parteien in einem Verfahren auf Nichtigerklärung vor dem Verfassungsgerichtshof nicht dazu verpflichtet sind, einen Schriftsatz einzureichen, und bei Nichteinreichung eines Schriftsatzes kein mangelndes Interesse festgestellt wird, während in Verfahren vor dem Staatsrat auf Nichtigerklärung eines Entscheids des Rates für Genehmigungsstr ...[+++]

De verwijzende rechter wenst van het Hof te vernemen of die bepaling de artikelen 10, 11 en 13 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, schendt in zoverre « er op partijen in procedures tot nietigverklaring voor het Grondwettelijk Hof geen verplichting rust om een memorie in te dienen en dat bij het niet indienen van een memorie geen gebrek aan belang wordt vastgesteld, terwijl er in procedures tot nietigverklaring voor de Raad van State van een arrest van de Raad voor V ...[+++]


2. die Verwaltungsbehörde, die die Geldbusse verhängt, keine Kontrolle der Gesetzmässigkeit der Verordnungen in Anwendung von Artikel 159 der Verfassung durchführen kann, während der ordentliche Richter wohl diese Befugnis hat?

2. de administratieve overheid die de geldboete oplegt, de wettigheid van de verordeningen niet kan controleren, met toepassing van artikel 159 van de Grondwet, terwijl de justitiële rechter wel die bevoegdheid heeft ?


Die zweite Frage bezieht sich darauf, dass die Verwaltungsbehörde, die die Geldbusse auferlege, die Gesetzmässigkeit der Verordnungen nicht in Anwendung von Artikel 159 der Verfassung kontrollieren könne, während der ordentliche Richter wohl diese Befugnis habe.

De tweede vraag betreft het feit dat de administratieve overheid die de geldboete oplegt, niet, met toepassing van artikel 159 van de Grondwet, de wettigheid van de verordeningen kan toetsen terwijl de justitiële rechter wel die bevoegdheid heeft.


B.2.3 Die dritte Frage bezieht sich darauf, dass die Verwaltungsbehörde, die die Geldbusse auferlege, den Hof nicht zur Vereinbarkeit einer Gesetzesnorm mit der Verfassung und den Regeln der Zuständigkeitsverteilung befragen könne, während der ordentliche Richter wohl diese Befugnis habe.

B.2.3 De derde vraag heeft betrekking op de omstandigheid dat de administratieve overheid die de geldboete oplegt, het Hof geen vraag kan stellen over de bestaanbaarheid van een wetskrachtige norm met de Grondwet en de bevoegdheidverdelende regels, terwijl de justitiële rechter wel die bevoegdheid heeft.


Der vorlegende Richter möchte vom Gerichtshof erfahren, ob diese Bestimmung, insofern sie durch das Gesetz vom 26. Dezember 2013 mit Wirkung zum 1. Januar 2014 aufgehoben worden sei, ohne dass eine Übergangsregelung vorgesehen worden sei, vereinbar sei mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, indem ein Arbeiter, der im Zeitraum vom 9. Juli bis zum 31. Dezember 2013 entlassen worden sei, keinen Anspruch auf die in dieser Bestimmung vorgesehene Kündigungsfrist erheben könne, während diese Regelung ...[+++]

De verwijzende rechter wenst van het Hof te vernemen of die bepaling, voor zover zij bij de wet van 26 december 2013 met ingang van 1 januari 2014 werd opgeheven zonder dat in een overgangsregeling werd voorzien, bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat een arbeider die werd ontslagen in de periode van 9 juli tot 31 december 2013 geen aanspraak kan maken op de opzeggingstermijn vervat in die bepaling, terwijl bedienden wel onder die regeling vallen.


2. die Verwaltungsbehörde, die die Geldbusse verhängt, keine Kontrolle der Gesetzmässigkeit der Verordnungen in Anwendung von Artikel 159 der Verfassung durchführen kann, während der ordentliche Richter wohl diese Befugnis hat?

2. de administratieve overheid die de geldboete oplegt, de wettigheid van de verordeningen niet kan controleren, met toepassing van artikel 159 van de Grondwet, terwijl de justitiële rechter wel die bevoegdheid heeft ?


Aus dem Sachverhalt der dem vorlegenden Richter unterbreiteten Rechtssache, der Begründung der Vorlageentscheidung und dem Wortlaut der Vorabentscheidungsfrage kann abgeleitet werden, dass der vorlegende Richter vom Gerichtshof erfahren möchte, ob die fragliche Bestimmung für das Steuerjahr 2009 mit den Artikeln 10, 11 und 13 der Verfassung in Verbindung mit Artikel 6 Absatz 1 der Europäischen Menschenrechtskonvention vereinbar sei, insofern sie einen Behandlungsunterschied einführe zwischen Steuerpflichtigen, bei denen die getrennte Veranlagung nicht vom Richter gemildert werden könne, « während ...[+++]

Uit de feiten van de aan de verwijzende rechter voorgelegde zaak, de motieven van de verwijzingsbeslissing en de bewoordingen van de prejudiciële vraag kan worden afgeleid dat de verwijzende rechter van het Hof beoogt te vernemen of de in het geding zijnde bepaling, voor het aanslagjaar 2009, bestaanbaar is met de artikelen 10, 11 en 13 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 6.1 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, in zoverre zij een verschil in behandeling invoert tussen belastingplichtigen ten aanzien van wie de afzonderlijke aanslag door de rechter niet kan worden gemilderd, « terwijl ...[+++]




datacenter (6): www.wordscope.be (v4.0.br)

'richter wohl diese' ->

Date index: 2023-11-28
w