die Mitgliedstaaten bauen untereinander eine Zusammenarbeit auf, um eine effiziente und konsequente Anwendung des Konzepts einer flexiblen Luftraumnutzung über nationale Grenzen und/oder die Grenzen von Fluginformationsgebieten hinweg zu erreichen und insbesondere den Anforderungen grenzüberschreitender Betriebsabläufe Rechnung zu tragen. Diese Zusammenarbeit erstreckt sich auf alle in diesem Zusammenhang relevanten rechtlichen, betrieblichen und technischen Aspekte;
de lidstaten gaan samenwerking aan met het oog op een doeltreffende en samenhangende toepassing van flexibel gebruik van het luchtruim over nationale grenzen en/of grenzen van vluchtinformatiegebieden heen, en met name op de aanpak van grensoverschrijdende activiteiten; deze samenwerking bestrijkt alle relevante juridische, operationele en technische aspecten;
