5. fordert eine klarere Definition der Ziele der europäischen Nachbarschaftspolitik, die, ohne die osteuropäischen Länder zu vernachlässigen, weder den Barcelona-Prozess schwächen noch die bilateralen Beziehungen auf Kosten
des multilateralen regionalen Ansatzes bevorzugen darf; vertritt die Ansicht, dass eine effizientere Nutzung des Nachbarschaftsinstruments für regionale Vorhaben eine Besserung der Lage im Hinblick auf die Förderung eines echten integrierten regionalen Wirtschaftsraums ermöglichen würde; ist der Auf
fassung, dass eine verstärkte Zusammena ...[+++]rbeit mit den am meisten entwickelten Partnern unter Wahrung ihrer politischen, kulturellen, religiösen und sozialen Besonderheiten angestrebt werden muss, aber dass die Länder im südlichen und östlichen Mittelmeerraum auch weiterhin als Einheit zu betrachten sind; 5. dringt aan op een duidelijker omschrijving van de doelstellingen van het Europese nabuurschapsbeleid, dat, zonder de landen van Oost-Europa te veronachtzamen, het proces van Barcelona niet mag afzwakken noch de bilaterale aanpak voortrekken
ten nadele van een regionale multilaterale aanpak; is van oordeel dat de situatie kan worden verbeterd door het nabuurschapsinstrument doeltreffender in te zetten voor regionale projecten, zodat er daadwerkelijk een geïntegreerde regionale economische ruimte kan ontstaan; is van mening dat nauwere samenwerking met de meest geavanceerde partners, met inachtneming van hun politieke, culturele, reli
...[+++]gieuze en maatschappelijke eigenheid, moet worden bevorderd, maar dat daarbij de ZOM-landen nog steeds moeten worden beschouwd als een afzonderlijke entiteit;