Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «rechtssache t-636 14 angefochtene » (Allemand → Néerlandais) :

Die Klage richtet sich gegen das oben genannte Schreiben, das im Anschluss an die bereits mit der Klage in der Rechtssache T-636/14 angefochtene Ausschreibung der Stelle des Direktors des Übersetzungszentrums für die Einrichtungen der Europäischen Union, Luxemburg (KOM/2014/10356), verfasst wurde und eine Stellungnahme zu der gerügten Divergenz zwischen der fraglichen Ausschreibung und dem Formular der Website für die Abgabe der Bewerbungen enthält, in dem die zu diesem Zweck verfügbaren Sprac ...[+++]

Het onderhavige beroep is gericht tegen de bovengenoemde nota, die volgt op de kennisgeving van een vacature voor een post van directeur van het Vertaalbureau voor de organen van de Europese Unie (Luxemburg) (COM/2014/10356), dat bij het beroep in de zaak T-636/14 al is aangevochten, en neemt een standpunt in over het vermeende verschil tussen de betrokken kennisgeving en het formulier op de website waar sollicitaties kunnen worden ingediend en waarop is aangegeven dat daartoe enkel het Frans, Engels en Duits kunnen worden gebruikt.


Die klagenden Parteien in der Rechtssache Nr. 6465 führen an, dass der angefochtene Artikel 110 des Gesetzes vom 26. Dezember 2015 gegen die Artikel 12 und 14 der Verfassung und Artikel 7 der Europäischen Menschenrechtskonvention, gegebenenfalls in Verbindung mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, verstoße, weil der angefochtene Artikel undeutlich und unvorhersehbar sei und zu Rechtsunsicherheit führe für diejenigen, auf die die angefochtene Bestimmung Anwendung finde, insbesondere für Ärzte und medizinische Einrichtungen, die ästhetische Behandlungen ausführten.

De verzoekende partijen in de zaak nr. 6465 voeren aan dat het bestreden artikel 110 van de wet van 26 december 2015 de artikelen 12 en 14 van de Grondwet en artikel 7 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, al dan niet in samenhang gelezen met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, schendt, omdat het bestreden artikel onduidelijk en onvoorzienbaar zou zijn en rechtsonzekerheid teweeg zou brengen voor diegenen op wie de bestreden bepaling van toepassing is, in het bijzonder voor artsen en medische instellingen die esthetische behandelingen uitvoeren.


In der vorliegenden Rechtssache wird derselbe Beschluss angefochten wie in den Rechtssachen T-700/13, Bankia/Kommission, T-719/13, Lico Leasing und Pequeños y Medianos Astilleros de Reconversión/Kommission, sowie T-3/14, Anudal Industrial/Kommission.

In de onderhavige procedure wordt hetzelfde besluit bestreden als in de zaken T-700/13, Bankia/Commissie, T-719/13, Lico Leasing en Pequeños y Medianos Astilleros de Reconverción/Commissie, en T-3/14, Anudal Industrial/Commissie.


Die klagende Partei in der Rechtssache Nr. 6053 führt in einem ersten Klagegrund an, dass die angefochtene Bestimmung zu einem Behandlungsunterschied führe, der im Widerspruch zu den Artikeln 10 und 11 der Verfassung sowie zu Artikel 14 der Europäischen Menschenrechtskonvention stehe.

De verzoekende partij in de zaak nr. 6053 voert in een eerste middel aan dat de bestreden bepaling een verschil in behandeling teweegbrengt dat strijdig is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, alsook met artikel 14 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens.


Nach Darlegung der klagenden Partei in der Rechtssache Nr. 5509 sei das angefochtene Gesetz nicht vereinbar mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit deren Artikel 4, mit den Artikeln 6, 13 und 14 der Europäischen Menschenrechtskonvention und mit dem Grundsatz der Rechtssicherheit, insofern einerseits nicht festgelegt werde, welche Bestandteile des Gesetzes vom 19. Juli 2012 als « wesentlich » im Sinne von Artikel 157bis der Verfassung anzusehen seien, und andererseits die Möglichkeit, die im angefochtenen Artikel 52 des Ges ...[+++]

Volgens de verzoekende partij in de zaak nr. 5509 is de bestreden wet niet bestaanbaar met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 4 ervan, met de artikelen 6, 13 en 14 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en met het rechtszekerheidsbeginsel, in zoverre, enerzijds, niet wordt bepaald welke elementen van de wet van 19 juli 2012 dienen te worden beschouwd als zijnde « essentieel » in de zin van artikel 157bis van de Grondwet en, anderzijds, de mogelijkheid waarin het bestreden artikel 52 van de wet voorziet om een beroep te doen op artikel 706 van het Gerechtelijk Wetboek verheven ...[+++]


Der erste Klagegrund ist abgeleitet aus einem Verstoß durch Artikel 4.8.14 des Flämischen Raumordnungskodex, ersetzt durch die angefochtene Bestimmung, gegen die Artikel 10, 11 und 23 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit den allgemeinen Grundsätzen der geordneten Rechtspflege, insbesondere das Recht auf eine wirksame Beschwerde, das Recht auf gerichtliches Gehör, das Recht auf eine öffentliche Behandlung der Rechtssache und das Recht der Verteidigung, mit den Artikeln 6 und 13 der Europäischen Menschenrechtskonvention und ...[+++]

Het eerste middel is afgeleid uit de schending door artikel 4.8.14 van de VCRO, zoals vervangen bij de bestreden bepaling, van de artikelen 10, 11 en 23 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met de algemene beginselen van een behoorlijke rechtsbedeling, meer bepaald het recht op daadwerkelijke rechtshulp, het recht op toegang tot een rechter, het recht op een openbare behandeling van de zaak en het recht van verdediging, met de artikelen 6 en 13 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en met de artikelen 144, ...[+++]


Der dritte Klagegrund in der Rechtssache Nr. 4313, der erste Klagegrund in der Rechtssache Nr. 4354, der zweite Teil des ersten Klagegrunds in der Rechtssache Nr. 4357 und der erste Klagegrund in der Rechtssache Nr. 4366 sind abgeleitet aus einem Verstoss gegen die Artikel 10, 11 und 13 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit den Artikeln 6, 13 und 14 der Europäischen Menschenrechtskonvention und mit Artikel 1 des ersten Zusatzprotokolls zu dieser Konvention; sie bemängeln, dass das angefochtene Gesetz den Betrag der Rechtsa ...[+++]

Het derde middel in de zaak nr. 4313, het eerste middel in de zaak nr. 4354, het tweede onderdeel van het eerste middel in de zaak nr. 4357 en het eerste middel in de zaak nr. 4366 zijn afgeleid uit de schending van de artikelen 10, 11 en 13 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met de artikelen 6, 13 en 14 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij dat Verdrag, en verwijten de bestreden wet dat zij het bedrag van de kosten en erelonen van advocaten dat kan worden teruggevorderd ten laste van de in het ongelijk gestelde partij beperkt tot de door de Koning vast ...[+++]


Mit ihrem Rechtsmittel beantragt die Mag Instrument Inc. die Aufhebung des Urteils des Gerichts erster Instanz vom 7. Februar 2002 in der Rechtssache T‑88/00 (Mag Instrument/HABM [Form von Taschenlampen], Slg. 2002, II‑467, im Folgenden: angefochtenes Urteil), mit dem das Gericht ihre Klage auf Aufhebung der Entscheidung der Zweiten Beschwerdekammer des Harmonisierungsamts für den Binnenmarkt (Marken, Muster und Modelle) (im Folgenden: Amt) vom 14. Februar 2000 (Sachen R‑237/1999‑2 bis R‑41/1999‑2) abgewiesen hat, mit der die Eintra ...[+++]

Mag Instrument Inc. verzoekt om vernietiging van het arrest van het Gerecht van eerste aanleg van 7 februari 2002, Mag Instrument/BHIM (vorm van zaklampen) (T‑88/00, Jurispr. blz. II‑467; hierna: „bestreden arrest”), houdende verwerping van haar beroep tot vernietiging van de beslissing van de tweede kamer van beroep van het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) (hierna: „BHIM”) van 14 februari 2000 (zaken R‑237/1999‑2 tot en met R‑241/1999‑2) waarbij de inschrijving van vijf driedimensionale merken bestaande uit vormen van zaklampen is geweigerd (hierna: „bestreden beslissing”).


Mit ihrem Rechtsmittel beantragt die Mag Instrument Inc. die Aufhebung des Urteils des Gerichts erster Instanz vom 7. Februar 2002 in der Rechtssache T‑88/00 (Mag Instrument/HABM [Form von Taschenlampen], Slg. 2002, II‑467, im Folgenden: angefochtenes Urteil), mit dem das Gericht ihre Klage auf Aufhebung der Entscheidung der Zweiten Beschwerdekammer des Harmonisierungsamts für den Binnenmarkt (Marken, Muster und Modelle) (im Folgenden: Amt) vom 14. Februar 2000 (Sachen R‑237/1999‑2 bis R‑41/1999‑2) abgewiesen hat, mit der die Eintra ...[+++]

Mag Instrument Inc. verzoekt om vernietiging van het arrest van het Gerecht van eerste aanleg van 7 februari 2002, Mag Instrument/BHIM (vorm van zaklampen) (T‑88/00, Jurispr. blz. II‑467; hierna: „bestreden arrest”), houdende verwerping van haar beroep tot vernietiging van de beslissing van de tweede kamer van beroep van het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) (hierna: „BHIM”) van 14 februari 2000 (zaken R‑237/1999‑2 tot en met R‑241/1999‑2) waarbij de inschrijving van vijf driedimensionale merken bestaande uit vormen van zaklampen is geweigerd (hierna: „bestreden beslissing”).




datacenter (6): www.wordscope.be (v4.0.br)

'rechtssache t-636 14 angefochtene' ->

Date index: 2021-09-01
w