Traduction de «rechtssache c-321 » (Allemand → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

anhaengige Rechtssache | bei einem Gerichtshof anhaengige Rechtssache
zaak in behandeling | zaak in instantie

Grundsatz der gegenseitigen Anerkennung [ Rechtssache „Cassis de Dijon ]
beginsel van wederzijdse erkenning [ Cassis-van-Dijon-zaak ]

anhängige Rechtssache | anhängiger Rechtsstreit | anhängiges Verfahren | Anhängigkeit
aanhangige zaak

Streichung einer Rechtssache
doorhaling van een zaak

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

[11] Rechtssache C-321/08 – Kommission der Europäischen Gemeinschaften gegen Königreich Spanien, Urteil vom 23. April 2009, und Rechtssache C-282/08 – Kommission der Europäischen Gemeinschaften gegen Großherzogtum Luxemburg, Urteil vom 5. Februar 2009.
[11] Arrest van 23 april 2009 in zaak C‑321/08, Commissie/Koninkrijk Spanje, en arrest van 5 februari 2009 in zaak C‑282/08, Commissie/Groothertogdom Luxemburg.

Aus den Darlegungen der in der Rechtssache Nr. 4133 hinterlegten Klageschrift geht hervor, dass der erste Klagegrund nur gegen die Artikel 311 bis 313 und 317 des Gesetzes vom 20. Juli 2006 zur Festlegung verschiedener Bestimmungen (nachstehend: Gesetz vom 20. Juli 2006), der zweite Klagegrund gegen die Artikel 316, 321 und 326 desselben Gesetzes und der dritte Klagegrund ausschliesslich gegen Artikel 345 dieses Gesetzes gerichtet ist.
Uit de uiteenzetting in het verzoekschrift neergelegd in de zaak nr. 4133 blijkt dat het eerste middel enkel is gericht tegen de artikelen 311 tot 313 en 317 van de wet van 20 juli 2006 houdende diverse bepalingen (hierna : de wet van 20 juli 2006), dat het tweede middel is gericht tegen de artikelen 316, 321 en 326 van dezelfde wet, en dat het derde middel uitsluitend is gericht tegen artikel 345 van die wet.

RECHTSSACHE C-321/96 WILHELM MECKLENBURG GEGEN KREIS PINNEBERG - DER LANDRAT
C-321/96 WILHELM MECKLENBURG tegen KREIS PINNEBERG - DER LANDRAT,

In der anderen Rechtssache (C-321/96) urteilte der Gerichtshof am 17. Juni 1998 [3].
Met betrekking tot de andere (C-321/96) werd op 17 juni 1998 door het Hof een arrest gewezen [3].

In bezug auf die zweite Rüge verwies der Gerichtshof auf sein oben erörtertes Urteil in der Rechtssache C-321/96, W. Mecklenburg gegen Kreis Pinneberg (1998), und bewertete die Rüge als begründet.
Wat de tweede rechtsgrond betreft verwees het Hof naar zijn beslissing in de Zaak Mecklenburg tegen Kreis Pinneberg-Der Landrat [1998] (C-321/96), dat hierboven wordt besproken, waarbij men van oordeel was dat deze rechtsgrond wel gefundeerd was.