Gleichzeitig lehnt die Union ein Fangverbot grundsätzlich ab und argumentiert, daß die Fischereifahrzeuge der Union nach Einleitung des Einspruchsverfahrens, welches der NAFO am 3. März notifiziert worden ist, ihre Fangtätigkeiten rechtmäßig fortsetzen können.
Ook weigert de Unie het principe van een moratorium, aangezien in het kader van de procedure voor het aantekenen van een bezwaar, zoals zij op 3 maart bij de NAFO heeft ingediend, de vissersvaartuigen uit de Unie gewettigd zijn om verder te vissen.