Vertaling van "ratsbeschluß 97 256 eg wird " (Duits → Nederlands) :

[5] Im Ratsbeschluß 97/256/EG wird die Bank aufgefordert, "darauf hinzuwirken, daß das wirtschaftliche Risiko der im Rahmen dieses Beschlusses vergebenen Darlehen zu 25% durch nichtstaatliche Garantien gedeckt wird, wobei dieser Satz, wenn immer möglich, übertroffen werden sollte, sofern der Markt dies unter Berücksichtigung des jeweiligen Mandats zuläßt".
[5] Besluit 97/256/EG van de Raad verzoekt de Bank "ernaar te streven om over 25% van haar totale kredietverlening in het kader van haar leningen uit hoofde van dit besluit het commerciële risico te dekken met andere dan staatsgaranties, welk percentage, waar mogelijk en voorzover de marktomstandigheden dat toelaten, moet worden opgevoerd in het kader van individuele mandaten".

Da in der fraglichen Bestimmung nicht der wesentliche Unterschied zwischen den Situationen der im Rahmen eines einzigen Arbeitsvertrags beschäftigen Arbeitnehmer und der im Rahmen mehrerer Teilzeitarbeitsverträge beschäftigten Arbeitnehmer berücksichtigt wird, führt sie, wenn sie so ausgelegt wird, wie es in B.2.1 dargelegt wurde, zu einer identischen Behandlung, die nicht vereinbar ist mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit Paragraph 4 der Rahmenvereinbarung über Teilzeitarbeit, die Gegenstand der Richtlinie 97/81/EG des Rates vom 15. Dezember 1997 ist.
Daar de in het geding zijnde bepaling geen rekening houdt met het wezenlijke verschil in situaties tussen de werknemers die zijn tewerkgesteld in het kader van een enkele arbeidsovereenkomst en de werknemers die zijn tewerkgesteld in het kader van meerdere deeltijdse arbeidsovereenkomsten, brengt zij, indien zij wordt geïnterpreteerd zoals in B.2.1 wordt aangegeven, een identieke behandeling tot stand die niet bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met clausule 4 van de kaderovereenkomst inzake deeltijdarbeid die het voorwerp uitmaakt van de richtlijn 97/81/EG van de Raad van 15 december 1997.

« Verstößt Artikel 103 § 1 Nr. 1 des am 14. Juli 1994 koordinierten Gesetzes über die Gesundheitspflege- und Entschädigungspflichtversicherung gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, an sich oder in Verbindung mit Artikel 4 der Rahmenvereinbarung über Teilzeitarbeit, die Gegenstand der Richtlinie 97/81/EG des Rates vom 15. Dezember 1997 ist, dahingehend ausgelegt, dass er zur vollständigen Aussetzung der aufgrund einer Vollzeitbeschäftigung berechneten Arbeitsunfähigkeitsentschädigungen führt, ohne dass je nachdem unterschieden wird, ob die Entlassungsentschädigung, die den besagten Entschädigungen im Wege steht, aufgrund einer Vollzeit- oder einer Teilzeitbeschäftigung berechnet wurde, wobei Arbeitnehmer, die sich in unterschiedlichen Situationen befinden, gleich behandelt werden?
« Schendt artikel 103, § 1, 1°, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 4 van de raamovereenkomst inzake deeltijdarbeid die het voorwerp van de richtlijn 97/81/EG van de Raad van 15 december 1997 uitmaakt, in de interpretatie volgens welke het de volledige opschorting van de op grond van een voltijdse tewerkstelling berekende uitkeringen voor arbeidsongeschiktheid met zich meebrengt, zonder een onderscheid te maken naargelang de compenserende opzeggingsvergoeding die de schadeloosstelling in de weg staat, op grond van een voltijds of een deeltijds loon is berekend, waardoor werknemers die zich in verschillende situaties bevinden, aldus op dezelfde wijze worden behandeld ?

Der Gerichtshof wird gebeten zu prüfen, ob Artikel 103 § 1 Nr. 1 des Gesetzes vom 14. Juli 1994 vereinbar ist mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit Paragraph 4 der Rahmenvereinbarung über Teilzeitarbeit, die Gegenstand der Richtlinie 97/81/EG des Rates vom 15. Dezember 1997 ist.
Het Hof wordt verzocht na te gaan of artikel 103, § 1, 1°, van de wet van 14 juli 1994 bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met clausule 4 van de kaderovereenkomst inzake deeltijdarbeid die het voorwerp uitmaakt van de richtlijn 97/81/EG van de Raad van 15 december 1997.

- Artikel 103 § 1 Nr. 1 des am 14. Juli 1994 koordinierten Gesetzes über die Gesundheitspflege- und Entschädigungspflichtversicherung verstößt gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, an sich oder in Verbindung mit Paragraph 4 der Rahmenvereinbarung über Teilzeitarbeit, die Gegenstand der Richtlinie 97/81/EG des Rates vom 15. Dezember 1997 ist, wenn er dahin ausgelegt wird, dass er zur völligen Aussetzung der aufgrund einer Vollzeitbeschäftigung berechneten Arbeitsunfähigkeitsentschädigungen führt, während die Entlassungsentschädigung, die den besagten Entschädigungen im Wege steht, aufgrund einer Teilzeitentlohnung berechnet worden ist.
- Artikel 103, § 1, 1°, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met clausule 4 van de kaderovereenkomst inzake deeltijdarbeid die het voorwerp uitmaakt van de richtlijn 97/81/EG van de Raad van 15 december 1997, indien het zo wordt geïnterpreteerd dat het de volledige schorsing met zich meebrengt van de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen die zijn berekend volgens een voltijdse betrekking, terwijl de compenserende opzeggingsvergoeding die de uitkeringen in de weg staat, is berekend op basis van een deeltijds loon.