(b) andere Projekte, die Engpässe unter anderem an den Grenzen zu den Beitrittsländern oder zu Drittländern mit einer EU-Landgrenze betreffen, wo der Zusatznutzen insbesondere im Hinblick auf Sicherheitsverbesserung und Verminderung von Überlastung innerhalb des durch die Entscheidung 1692/96/EG des Europäischen Parlaments und des Rates errichteten transeuropäischen Verkehrsnetzes besonders hoch ist, wenn diese Projekte mit den Zielsetzungen der Europäischen Union hinsichtlich der Förderung einer nachhaltigen Mobilität von Personen und Gütern vereinbar sind;
(b) bij andere projecten die betrekking hebben op knelpunten, waaronder aan de grenzen met kandidaat-lidstaten of derde landen met een landgrens met de EU waarbij de toegevoegde waarde bijzonder hoog is op het punt van grotere veiligheid en minder congestie, mits deze projecten verenigbaar zijn met de doelstellingen van de Europese Unie met betrekking tot de bevordering van duurzame mobiliteit van personen en goederen, en