Art. 13 - Das Projekt einer landwirtschaftlichen Ubergangshalle, das kraft des vorliegenden Erlasses Gegenstand einer Subvention ist, muss innerhalb einer Frist von maximal secksunddreissig Monaten nach dem Datum, an dem der Erlass zur Gewährung dieser Subvention dem Promotor zugestellt worden ist, in Betrieb genommen werden, wobei die in Artikel 16 angeführten Bedingungen zu erfüllen sind.
Art. 13. Het project van doorgangsgebouw gebruikt voor landbouwdoeleinden dat krachtens dit besluit het voorwerp uitmaakt van een toelage, moet in dienst gesteld worden binnen een termijn van hoogstens zesendertig maanden na de kennisgeving van het besluit tot toekenning van de toelage aan de promotor, en dit, met inachtneming van de voorwaarden bedoeld in artikel 16.