Nach der Rechtsprechung des Gerichtshofs erfasst der Begriff der staatlichen Mittel im Sinne des Artikels 107 Absatz 1 AEUV sowohl unmittelbar durch den Staat gewährte Vorteile als auch Vorteile, die durch vom Staat beauftragte oder errichtete öffentliche oder private Einrichtungen gewährt werden (49).
Overeenkomstig de jurisprudentie van het Hof van Justitie vallen zowel de voordelen die rechtstreeks door de staat worden verleend als de voordelen die door van overheidswege ingestelde of aangewezen publiek- of privaatrechtelijke organen worden verleend, onder het concept van staatsmiddelen in de zin van artikel 107, lid 1, van het Verdrag (49).