Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "politische rechte abbruch getan " (Duits → Nederlands) :

« Verstößt Artikel 216bis § 2 Absatz 1 des Strafprozessgesetzbuches in der durch das Gesetz vom 5. Februar 2016 abgeänderten Fassung, indem er bestimmt, dass das dem Prokurator des Königs zuerkannte Recht, einen Vergleich vorzuschlagen, nur insofern ausgeübt werden kann, als noch kein Endurteil oder Endentscheid in Strafsachen erlassen worden ist, gegen die Artikel 12 und 14 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, indem er keine Übergangsbestimmung vorsieht für die Vergleiche, die vor dem 29. Februar 2016, dem Datum des Inkrafttretens des Gesetzes vom 5. Februar 2016, geschlossen wurden, ...[+++]

« Schendt artikel 216bis, § 2, eerste lid, van het Wetboek van strafvordering, zoals gewijzigd bij de wet van 5 februari 2016, in zoverre het bepaalt dat de aan de procureur des Konings toegekende mogelijkheid om een minnelijke schikking voor te stellen enkel kan plaatsvinden voor zover er nog geen eindvonnis of eindarrest is gewezen in strafzaken, de artikelen 12 en 14 van de Grondwet, in voorkomend geval in samenhang gelezen met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het in geen enkele overgangsbepaling voorziet voor de minnelijke schikkingen die zijn gesloten vóór 29 februari 2016, datum van inwerkingtreding van de wet van 5 februari 2016, maar waarvan de controle na die datum voor een ...[+++]


Da dem Verdächtigen durch den Gesetzgeber das Recht zuerkannt wird, die Einsichtnahme in ihre Akte und den Erhalt einer Abschrift davon ab dem Stadium des Ermittlungsverfahrens zu beantragen, wird den Erfordernissen des Rechts auf wirksame Beschwerde und der Rechte der Verteidigung jedoch Abbruch getan, wenn die Ablehnung des Antrags auf Einsichtnahme oder das Ausbleiben einer Entscheidung nicht Gegenstand einer Kontrolle durch einen unabhängigen und unparteiischen Richter sein kann.

Niettemin, aangezien de wetgever aan de verdachte het recht toekent om te verzoeken om inzage in zijn dossier en om een afschrift ervan te verkrijgen vanaf het stadium van het opsporingsonderzoek, wordt afbreuk gedaan aan de vereisten van het recht op een daadwerkelijk rechtsmiddel en van de rechten van verdediging wanneer de weigering van het verzoek tot inzage of de ontstentenis van beslissing niet het voorwerp kan uitmaken van een controle door een onafhankelijke en onpartijdige rechter.


Dem Recht des Ehemannes wird nicht auf unverhältnismäßige Weise Abbruch getan, da - wie aus den Elementen der Akte hervorgeht - der frühere Artikel 1471 des Zivilgesetzbuches, so wie er im Ausgangsverfahren vom vorlegenden Richter angewandt wird, höchstens eine Vorrangsregel bei der Zuteilung eines Gutes im Falle der Auseinandersetzung der Errungenschaftsgemeinschaft darstellt.

Er is niet op onevenredige wijze afbreuk gedaan aan het recht van de echtgenoot, daar, zoals uit de elementen van het dossier blijkt, het vroegere artikel 1471 van het Burgerlijk Wetboek, zoals het te dezen wordt toegepast door de verwijzende rechter, hoogstens een regel van voorrang vormt voor de toekenning van een goed bij de vereffening van de gemeenschap van aanwinsten.


Aus Gründen, die mit denjenigen identisch sind, welche vorstehend angegeben wurden, wird insofern, als die Staatsanwaltschaft im Rahmen ihrer in Artikel 151 § 1 der Verfassung erwähnten Ermittlungs- und Verfolgungspolitik über die Ermessensbefugnis verfügt, einen Vergleich vorzuschlagen oder nicht oder auf einen Vergleichsvorschlag des Beschuldigten einzugehen oder nicht, ohne dass dieser das Recht hat, einen Vergleich zu erzwingen, dem in Artikel 12 Absatz 2 in fine der Verfassung vorgesehenen Erfordernis der Vorhersehbarkeit des Strafverfah ...[+++]

Om redenen die identiek zijn aan die welke hiervoor zijn vermeld, in zoverre het openbaar ministerie binnen het kader van zijn beleid inzake de opsporing en de vervolging bedoeld in artikel 151, § 1, van de Grondwet, over de discretionaire bevoegdheid beschikt om al dan niet een voorstel tot minnelijke schikking te doen of om al dan niet op een voorstel daartoe van de inverdenkinggestelde in te gaan, zonder dat die het recht heeft ze af te dwingen, wordt geen afbreuk gedaan aan het in artikel 12, tweede lid, in fine, van de Grondwet g ...[+++]


Insofern Artikel 216bis § 2 des Strafprozessgesetzbuches nach erfolgter Einleitung der Strafverfolgung einen Vergleich ermöglicht, solange kein Endurteil oder Endentscheid erlassen worden ist, und insofern er die Rolle des zuständigen Richters auf die Feststellung des Erlöschens der Strafverfolgung, « nachdem er überprüft hat, ob die in § 1 Absatz 1 erwähnten formellen Anwendungsbedingungen erfüllt sind, ob der Täter den vorgeschlagenen Vergleich angenommen und eingehalten hat und ob das Opfer und die Steuer- oder Sozialverwaltung gemäß § 4 und § 6 Absatz 2 entschädigt worden sind », begrenzt, tut diese Bestimmung dem Recht auf ein faires Verfahren auf diskriminierende Weise Abbruch ...[+++]

In zoverre artikel 216bis, § 2, van het Wetboek van strafvordering, nadat de strafvordering is ingesteld, een minnelijke schikking mogelijk maakt zolang geen eindvonnis of eindarrest werd gewezen en in zoverre het de rol van de bevoegde rechter beperkt tot het vaststellen van het verval van de strafvordering « na te hebben nagegaan of voldaan is aan de formele toepassingsvoorwaarden van § 1, eerste lid, of de dader de voorgestelde minnelijke schikking heeft aanvaard en nageleefd, en het slachtoffer en de fiscale of sociale administrat ...[+++]


« Verstößt Artikel 7 des Gesetzes vom 14. Januar 2013 zur Festlegung steuerrechtlicher und sonstiger Bestimmungen im Bereich der Justiz, veröffentlicht im Belgischen Staatsblatt vom 31. Januar 2013, gegen Artikel 12 Absatz 2 der Verfassung, an sich oder in Verbindung mit dem Legalitätsprinzip und den Grundsätzen der Rechtssicherheit und des Erfordernisses der Vorhersehbarkeit des Strafprozessgesetzes, Artikel 14 Absätze 1 und 3 des Internationalen Paktes über bürgerliche und politische Rechte und Artikel 6 der Europäischen Konvention zum Schutze der Menschenrechte und Grundfreiheiten, indem er ...[+++]

« Schendt artikel 7 van de wet van 14 januari 2013 houdende fiscale en andere bepalingen betreffende justitie, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad op 31 januari 2013, artikel 12, tweede lid, van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met het wettigheidsbeginsel, het rechtszekerheidsbeginsel en het beginsel van de vereiste van voorzienbaarheid van de wet inzake de strafrechtspleging, met artikel 14, leden 1 en 3, van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten en met artikel 6 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentel ...[+++]


Verstößt Artikel 7 des Gesetzes vom 14. Januar 2013 zur Festlegung steuerrechtlicher und sonstiger Bestimmungen im Bereich der Justiz, veröffentlicht im Belgischen Staatsblatt vom 31. Januar 2013, gegen Artikel 12 Absatz 2 der Verfassung, an sich oder in Verbindung mit dem Legalitätsprinzip und den Grundsätzen der Rechtssicherheit und des Erfordernisses der Vorhersehbarkeit des Strafprozessgesetzes, Artikel 14 Absätze 1 und 3 des Internationalen Paktes über bürgerliche und politische Rechte und Artikel 6 der Europäischen Konvention zum Schutze der Menschenrechte und Grundfreiheiten, indem er de ...[+++]

Schendt artikel 7 van de wet van 14 januari 2013 houdende fiscale en andere bepalingen betreffende justitie, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad op 31 januari 2013, artikel 12, tweede lid, van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met het wettigheidsbeginsel, het rechtszekerheidsbeginsel en het beginsel van de vereiste van voorzienbaarheid van de wet inzake de strafrechtspleging, met artikel 14, leden 1 en 3, van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten en met artikel 6 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele ...[+++]


Der Hof wird ebenfalls gefragt, ob die Zuteilung der Kontrolle der vertraulichen Akte an die Anklagekammer den Artikeln 10 und 11 der Verfassung in Verbindung mit den Artikeln 6 und 8 der Europäischen Menschenrechtskonvention und mit Artikel 14 des Internationalen Paktes über bürgerliche und politische Rechte Abbruch tue, indem dieses Untersuchungsgericht in einer späteren Phase und möglicherweise in der gleichen Zusammensetzung über die Regelung des Verfahrens werde urteilen müssen, wobei es seine Entscheidung treffen werde in Kenntnis der vertraulichen Akte und somit nach Kenntnisnahme von Elementen, die den Partei ...[+++]

Het Hof wordt tevens gevraagd of de toekenning van de controle over het vertrouwelijk dossier aan de kamer van inbeschuldigingstelling afbreuk doet aan de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met de artikelen 6 en 8 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en met artikel 14 van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten, doordat dit onderzoeksgerecht in een latere fase, en mogelijk in dezelfde samenstelling, zal moeten oordelen over de regeling van de rechtspleging, waarbij het ...[+++]


Dem vierten Klagegrund zufolge führe das angefochtene Gesetz dazu, dass auf diskriminierende Weise Artikel 23 Absatz 1 des Internationalen Paktes über bürgerliche und politische Rechte Abbruch getan werde, dem zufolge die Familie Anspruch auf « Schutz durch Gesellschaft und Staat » habe.

Volgens het vierde middel heeft de bestreden wet tot gevolg dat op discriminerende wijze afbreuk wordt gedaan aan artikel 23.1 van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten, naar luid waarvan het gezin recht heeft op « bescherming door de maatschappij en de Staat ».


Insoweit die klagenden Parteien behaupten, das angefochtene Gesetz tue dem Anrecht der Familie « auf Schutz durch Gesellschaft und Staat » im Sinne von Artikel 23 Absatz 1 des Internationalen Paktes über bürgerliche und politische Rechte Abbruch, deckt sich der zweite Teil des zweiten Klagegrunds mit dem vierten Klagegrund.

In zoverre de verzoekende partijen betogen dat de bestreden wet afbreuk doet aan « het recht [van het gezin] op bescherming door de maatschappij en de Staat », zoals bedoeld in artikel 23.1 van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten, valt het tweede onderdeel van het tweede middel samen met het vierde middel.


w