Vertaling van "pflichten mitgliedstaaten in bezug darauf gewahrt bleiben müssen " (Duits → Nederlands) :

27. weist erneut darauf hin, dass die EU beginnen sollte, Investitionen zu tätigen, um das Potenzial bevölkerungsstarker Drittländer mit einer aufstrebenden Wirtschaft und insbesondere jenes der BRIC-Länder, aus denen immer mehr Touristen kommen, auszuschöpfen; weist darauf hin, dass Initiativen zur Förderung des Tourismus ergriffen werden müssen und mehr Flexibilität und Einheitlichkeit bei Touristenvisa und Grenzübertritten notwendig ist; betont, dass die Förderung von mehr Plattformen für Touristen, die ein Visum benötigen, bei einer gleichzeitigen umsichtigen Vereinfachung des Visakodex ein wichtiger Beitrag dazu ist, dass mehr Touristen aus Drittländern nach Europa reisen und sich der Bekanntheitsgrad von touristischen Zielen in Europa erhöht; betont, dass Rundreisevisa für Gruppen oder Touristen, die ein bestimmtes Land bereits bereist haben, Potenzial bergen und mehr Abkommen über die Befreiung von der Visumspflicht umgesetzt werden müssen, damit die Touristenströmen aus aller Welt optimal ausgeschöpft werden können; vertritt die Auffassung, dass die europäischen Institutionen und die Mitgliedstaaten im Zusammenhang mit der gemeinsamen Visumspolitik eine langfristige Strategie für besser abgestimmte, vereinfachte Verfahren zur Erteilung eines Visums ausarbeiten sollten, dass dabei allerdings die Rechte und Pflichten der Mitgliedstaaten in Bezug darauf gewahrt bleiben müssen, die Einreisen über ihre eigenen Grenzen zu überwachen;
27. herinnert eraan dat de EU moet gaan investeren teneinde gereed te zijn om mogelijkheden te stimuleren in derde landen met een grote bevolking en een opkomende economie, in het bijzonder de BRIC-landen, waar het aantal naar het buitenland reizende toeristen toeneemt; wijst op de behoefte aan initiatieven ter bevordering van het toerisme en aan meer flexibiliteit en consistentie met betrekking tot toeristenvisumregelingen en grensovergangen; benadrukt dat bevordering van een groter aantal platforms voor visumtoerisme, in combinatie met een zorgvuldige benadering van de vereenvoudiging van de visumcode, een belangrijke bijdrage kan leveren aan de toename van het aantal toeristen van buiten Europa en aan een grotere zichtbaarheid van Europese toeristische bestemmingen; onderstreept het potentieel van rondreisvisa voor groepen toeristen die al in een bepaald land zijn geweest, en het belang van het sluiten van meer visumvrijstellingsovereenkomsten, teneinde optimaal gebruik te maken van de komst van internationale toeristen; acht het aanbevelenswaardig, met inachtneming van de rechten en plichten van de lidstaten inzake het toezicht op de toegangswegen aan hun grenzen, dat de Europese instellingen en de lidstaten in het kader van het gemeenschappelijk visumbeleid een langetermijnstrategie ontwikkelen voor betere coördinatie en vereenvoudiging van de visumprocedures;

4. weist erneut darauf hin, dass die EU beginnen sollte, Investitionen zu tätigen, um das Potenzial bevölkerungsstarker Drittländer mit einer aufstrebenden Wirtschaft und insbesondere jenes der BRIC-Länder, aus denen immer mehr Touristen kommen, auszuschöpfen; weist darauf hin, dass Initiativen zur Förderung des Tourismus ergriffen werden müssen und mehr Flexibilität und Einheitlichkeit bei Touristenvisa und Grenzübertritten notwendig ist; betont, dass die Förderung von mehr Plattformen für Touristen, die ein Visum benötigen, bei einer gleichzeitigen umsichtigen Vereinfachung des Visakodex ein wichtiger Beitrag dazu ist, dass mehr Touristen aus Drittländern nach Europa reisen und sich der Bekanntheitsgrad von touristischen Zielen in Europa erhöht; betont, dass Rundreisevisa für Gruppen oder Touristen, die ein bestimmtes Land bereits bereist haben, Potenzial bergen und mehr Abkommen über die Befreiung von der Visumspflicht umgesetzt werden müssen, damit die Touristenströmen aus aller Welt optimal ausgeschöpft werden können; vertritt die Auffassung, dass die europäischen Institutionen und die Mitgliedstaaten im Zusammenhang mit der gemeinsamen Visumspolitik eine langfristige Strategie für besser abgestimmte, vereinfachte Verfahren zur Erteilung eines Visums ausarbeiten sollten, dass dabei allerdings die Rechte und Pflichten der Mitgliedstaaten in Bezug darauf gewahrt bleiben müssen, die Einreisen über ihre eigenen Grenzen zu überwachen;
4. herinnert eraan dat de EU moet gaan investeren teneinde gereed te zijn om mogelijkheden te stimuleren in derde landen met een grote bevolking en een opkomende economie, in het bijzonder de BRIC-landen, waar het aantal naar het buitenland reizende toeristen toeneemt; wijst op de behoefte aan initiatieven ter bevordering van het toerisme en aan meer flexibiliteit en consistentie met betrekking tot toeristenvisumregelingen en grensovergangen; benadrukt dat bevordering van een groter aantal platforms voor visumtoerisme, in combinatie met een zorgvuldige benadering van de vereenvoudiging van de visumcode, een belangrijke bijdrage kan leveren aan de toename van het aantal toeristen van buiten Europa en aan een grotere zichtbaarheid van Europese toeristische bestemmingen; onderstreept het potentieel van rondreisvisa voor groepen toeristen die al in een bepaald land zijn geweest, en het belang van het sluiten van meer visumvrijstellingsovereenkomsten, teneinde optimaal gebruik te maken van de komst van internationale toeristen; acht het aanbevelenswaardig, met inachtneming van de rechten en plichten van de lidstaten inzake het toezicht op de toegangswegen aan hun grenzen, dat de Europese instellingen en de lidstaten in het kader van het gemeenschappelijk visumbeleid een langetermijnstrategie ontwikkelen voor betere coördinatie en vereenvoudiging van de visumprocedures;

24. weist darauf hin, dass Spielabsprachen in allen Mitgliedstaaten strafbar sind und die größten Mängel bei der strafrechtlichen Verfolgung von Spielabsprachen operationeller Art sind; hält daher die Angleichung strafrechtlicher Sanktionen für unerlässlich, um die Online-Glücksspielbranche in allen Mitgliedstaaten zu regulieren; fordert die Kommission zu diesem Zweck auf, Legislativvorschläge vorzulegen, um auf EU-Ebene Mindestvorschriften für die Festlegung von Straftaten und Strafen im Zusammenhang mit dem Online-Glücksspiel und dem Kampf gegen Spielabsprachen und die damit verbundenen Verbrechen zu erlassen, wobei die Grundrechte in vollem Umfang gewahrt bleiben müssen;
24. merkt op dat wedstrijdvervalsing in alle lidstaten strafbaar is en dat de belangrijkste tekortkomingen met betrekking tot de vervolging van gevallen van wedstrijdvervalsing van operationele aard zijn; is van oordeel dat de onderlinge toenadering van strafrechtelijke sancties van essentieel belang is om de regelgeving voor de onlinegoksector in alle lidstaten vast te stellen; vraagt de Commissie derhalve om wetgevingsvoorstellen te doen ter vaststelling van minimumregels betreffende de definitie van nationale strafbare feiten en sancties in verband met illegaal onlinegokken en de bestrijding van wedstrijdvervalsing alsmede de criminaliteit die daarmee op EU-niveau verbonden is, om het opsporingspercentage te verhogen en tegelijkertijd de fundamentele rechten volledig in acht te nemen;

IN ANERKENNUNG DESSEN, dass die Menschenrechte und Grundfreiheiten gewahrt werden müssen, und unter nachdrücklichem Hinweis darauf, dass dieses Abkommen die Rechte und Pflichten der Gemeinschaft, der Mitgliedstaaten der Europäischen Union und der Ukraine unberührt lässt, die sich aus der Allgemeinen Erklärung der Menschenrechte vom 10. Dezember 1948 und aus dem Völkerrecht ergeben, insbesondere aus der Europäischen Konvention zum Schutze der Menschenrechte und Grundfreiheiten vom 4. November 1950, dem Übereinkommen vom 28. Juli 1951 und dem Protokoll vom 31. Januar 1967 über die Rechtsstellung der Flüchtlinge, dem Internationalen Pakt über bürgerliche und politische Rechte vom 19. Dezember 1966 und den internationalen Übereinkünften über die Auslieferung,
ERKENNENDE dat de mensenrechten en vrijheden moeten worden geëerbiedigd en erop wijzend dat deze overnameovereenkomst geen afbreuk doet aan de rechten en verplichtingen van de Gemeenschap, de lidstaten van de Europese Unie en Oekraïne die voortvloeien uit de Universele Verklaring van de rechten van de mens van 10 december 1948 en uit het internationaal recht, en met name uit het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden van 4 november 1950, het Verdrag betreffende de status van vluchtelingen van 28 juli 1951 en het Protocol betreffende de status van vluchtelingen van 31 januari 1967, het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten van 19 december 1966 en internationale instrumenten inzake uitlevering,

Angesichts der neuen Rahmenbedingungen ist jetzt der geeignete Zeitpunkt für eine nähere Untersuchung der nunmehr zur Verfügung stehenden, zusätzlichen Möglichkeiten, um festzustellen, ob einige der derzeit gültigen Vorschriften zur Erleichterung des Geschäftsumfeldes geändert werden können, wobei die Rechte der Mitgliedstaaten in Bezug auf die Steuereinziehung gewahrt bleiben müssen.
Gezien deze nieuwe context is dit een geschikt moment om de bijkomende mogelijkheden die zich thans voordoen, te onderzoeken teneinde na te gaan of wijzigingen in sommige bestaande regels kunnen worden doorgevoerd om zo de zaak te vereenvoudigen voor het bedrijfsleven zonder afbreuk te doen aan de rechten van de lidstaten inzake de inning van belastingen.