Traduction de «organisation wirtschaftliche » (Allemand → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

Organisation für Schwarzmeer-Wirtschaftskooperation | Organisation für wirtschaftliche Zusammenarbeit der Anrainerstaaten des Schwarzen Meeres | Organisation für wirtschaftliche Zusammenarbeit im Schwarzmeerraum | BSEC [Abbr.] | SMWK [Abbr.]
Organisatie voor Economische Samenwerking in het Zwarte-Zeegebied | BSEC [Abbr.]

OECD [ OEEC | Organisation für europäische wirtschaftliche Zusammenarbeit | Organisation für wirtschaftliche Zusammenarbeit und Entwicklung ]
OESO [ OEES | Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling | Organisatie voor Europese Economische Samenwerking ]

Organisation für Wirtschaftliche Zusammenarbeit und Entwicklung
OESO

Übereinkommen über die Organisation für Wirtschaftliche Zusammenarbeit und Entwicklung
Verdrag nopens de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling

Ausschuss für Entwicklungshilfe | Ausschuss für Entwicklungshilfe der Organisation für wirtschaftliche Zusammenarbeit und Entwicklung | OECD-Entwicklungsausschuss | DAC [Abbr.]
Commissie voor ontwikkelingsbijstand | DAC [Abbr.]

wirtschaftliche Disparität [ wirtschaftliches Missverhältnis | wirtschaftliches Ungleichgewicht ]
economische ongelijkheid [ economisch onevenwicht | gebrek aan economisch evenwicht ]

wirtschaftliche Unabhängigkeit [ Autarkie | wirtschaftliche Abhängigkeit | wirtschaftliche Eigenständigkeit ]
economische onafhankelijkheid [ economische afhankelijkheid | economische autonomie ]

wirtschaftlicher Hochschulunterricht
economisch hoger onderwijs

Ministerieller Ausschuss für die wirtschaftliche und soziale Koordinierung
Ministerieel Comité voor economische en sociale coördinatie

wirtschaftliche Kriterien bei Entscheidungen berücksichtigen
economische criteria overwegen bij besluitvormingsprocessen | rekening houden met economische criteria bij besluitvormingsprocessen

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

Eine Reihe internationaler Organisationen verfügt über einschlägige fachliche Kompetenz. Mit der biologischen Sicherheit befasst sich das Cartagena-Protokoll, mit der biologischen Vielfalt das Übereinkommen über die biologische Vielfalt (CBD = Convention on Biological Diversity), mit landwirtschaftlichen Fragen die Food and Agriculture Organisation (FAO), mit geistigen Eigentumsrechten und Technologietransfer die World Intellectual Property Organisation (WIPO) und die Welthandelsorganisation (WTO), mit dem Handel die WTO, mit der Risikoanalyse von nach modernen biotechnologischen Verfahren gewonnenen Lebensmitteln der Codex Alimentarius der Weltgesundheitsorganisation (WHO) und die FAO, mit dem Pflanzenschutz das Internationale Pflanzenschutzübereinkommen (IPPC = International Plant Protection Convention) und mit der Erarbeitung von Konsensdokumenten die Organisation für wirtschaftliche Zusammenarbeit und Entwicklung (OECD).
Een aantal internationale organisaties zijn rechtstreeks bevoegd voor aangelegenheden die met biotechnologie verband houden: het Protocol van Cartagena voor de bioveiligheid, het Verdrag inzake biologische diversiteit (VBD) voor de biodiversiteit, de Voedsel- en Landbouworganisatie (FAO) voor de landbouw, de Wereldorganisatie voor de intellectuele eigendom (WIPO) en de Wereldhandelsorganisatie (WTO) voor intellectuele eigendomsrechten en technologieoverdracht, de WTO voor de handel, de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO)/FAO voor de risico-analyse van levensmiddelen die het product zijn van de moderne biotechnologie in de Codex Alimentarius, het Internationaal Verdrag voor de bescherming van planten (IPPC) voor de bescherming van planten, en de Organisatie voor economische samenwerking en ontwikkeling (OESO) voor de ontwikkeling van consensusdocumenten.

« Verstößt Artikel 110/3 § 1 Absatz 2 des Dekrets der Französischen Gemeinschaft vom 7. November 2013 zur Bestimmung der Hochschullandschaft und der akademischen Organisation des Studiums gegen Artikel 24 § 3 und § 4 der Verfassung, an sich oder in Verbindung mit Artikel 2 des ersten Zusatzprotokolls zur Europäischen Konvention zum Schutze der Menschenrechte und Grundfreiheiten und mit Artikel 13 Absatz 2 Buchstabe c) des Internationalen Paktes über wirtschaftliche, soziale und kulturelle Rechte, insofern er die Anzahl der Zugangsbescheinigungen für das weitere Programm des Studienzyklus der Zahnheilkunde für das akademische Jahr 2016-2017 beschränkt, indem für dieses Jahr erneut die für das akademische Jahr 2015-2016 festgelegte Gesamtanzahl von Zugangsbescheinigungen gilt, während der königliche Erlass vom 19. August 2011 über die Planung des Angebots der Zahnheilkunde für das Jahr 2021 die Anzahl der Zahnarztanwärter, die jährlich Zugang haben zur Ausbildung im Hinblick auf die Erlangung eines Titels, der Gegenstand einer Zulassung ist, nicht beschränkt?
« Schendt artikel 110/3, § 1, tweede lid, van het decreet van 7 november 2013 tot bepaling van het hogeronderwijslandschap en de academische organisatie van de studies artikel 24, § 3 en § 4, van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 2 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden en met artikel 13, lid 2, onder c), van het Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten, in zoverre het het aantal attesten voor toelating tot het vervolg van het programma van de studiecyclus tandheelkunde, voor het academiejaar 2016-2017, beperkt door de voortzetting, voor dat academiejaar, van het totale aantal attesten vastgesteld voor het academiejaar 2015-2016, terwijl het koninklijk besluit van 19 augustus 2011 betreffende de planning van het aanbod van de tandheelkunde, voor het jaar 2021, het aantal kandidaat-tandartsen dat jaarlijks toegang heeft tot de opleiding leidend tot een titel die het voorwerp uitmaakt van een erkenning niet beperkt ?

2) Verstößt Artikel 110/3 § 1 Absatz 2 des Dekrets der Französischen Gemeinschaft vom 7. November 2013 zur Bestimmung der Hochschullandschaft und der akademischen Organisation des Studiums gegen Artikel 24 § 3 und § 4 der Verfassung, an sich oder in Verbindung mit Artikel 2 des ersten Zusatzprotokolls zur Europäischen Konvention zum Schutze der Menschenrechte und Grundfreiheiten und mit Artikel 13 Absatz 2 Buchstabe c) des Internationalen Paktes über wirtschaftliche, soziale und kulturelle Rechte, insofern er die Anzahl der Zugangsbescheinigungen für das weitere Programm des Studienzyklus der Medizin für das akademische Jahr 2016-2017 beschränkt, indem für dieses Jahr erneut die für das akademische Jahr 2015-2016 festgelegte Gesamtanzahl von Zugangsbescheinigungen gilt, während Artikel 3 des königlichen Erlasses vom 12. Juni 2008 über die Planung des Angebots der Medizin für das Jahr 2022 die Anzahl der attestierten Kandidaten, die Zugang zu einer Ausbildung im Hinblick auf die Erlangung eines der besonderen Berufstitel haben, nicht beschränkt?
2) Schendt artikel 110/3, § 1, tweede lid, van het decreet van 7 november 2013 tot bepaling van het hogeronderwijslandschap en de academische organisatie van de studies artikel 24, § 3 en § 4, van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 2 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden en met artikel 13, lid 2, onder c), van het Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten, in zoverre het het aantal attesten voor toelating tot het vervolg van het programma van de studiecyclus geneeskunde, voor het academiejaar 2016-2017, beperkt door de voortzetting, voor dat academiejaar, van het totale aantal attesten vastgesteld voor het academiejaar 2015-2016, terwijl artikel 3 van het koninklijk besluit van 12 juni 2008 betreffende de planning van het medisch aanbod, voor het jaar 2022, het aantal geattesteerde kandidaten dat toegang heeft tot een opleiding leidend tot een van de bijzondere beroepstitels niet beperkt ?

(1) Schuldet eine in Anhang I aufgeführte natürliche oder juristische Person, Einrichtung oder Organisation Zahlungen aufgrund von Verträgen, Vereinbarungen oder Verpflichtungen, die von der betreffenden natürlichen oder juristischen Person, Einrichtung oder Organisation vor dem Tag geschlossen bzw. übernommen wurden, an dem diese natürliche oder juristische Person, Einrichtung oder Organisation in Anhang I aufgenommen wurde, so können die zuständigen Behörden der Mitgliedstaaten abweichend von Artikel 2 die Freigabe bestimmter eingefrorener Gelder oder wirtschaftlicher Ressourcen unter ihnen geeignet erscheinenden Bedingungen genehmigen, wenn die betreffende zuständige Behörde festgestellt hat, dass
1. In afwijking van artikel 2 en mits een betaling verschuldigd is door een in bijlage I vermelde natuurlijke persoon, rechtspersoon, entiteit of lichaam op grond van een contract of overeenkomst die door deze is gesloten of op grond van een verplichting die voor hem is ontstaan vóór de datum waarop de betrokken natuurlijke persoon, rechtspersoon, entiteit of lichaam in bijlage I werd opgenomen, kunnen de bevoegde autoriteiten van de lidstaten, onder door hen passend geachte voorwaarden, toestemming verlenen voor de vrijgave van bepaalde bevroren tegoeden of economische middelen, indien de betrokken bevoegde autoriteit heeft vastgesteld dat:

4. In Entwicklungsländern im Sinne der Definition in der von der Organisation für wirtschaftliche Zusammenarbeit und Entwicklung erstellten Liste der Empfänger öffentlicher Entwicklungshilfe tragen die EIB-Finanzierungen gemäß den Artikeln 208 und 209 AEUV zu den Zielen der Politik der Entwicklungszusammenarbeit der Union bei, wie etwa zur Senkung der Armut durch integratives Wachstum und eine wirtschaftlich, ökologisch und sozial nachhaltige Entwicklung .
4. In de ontwikkelingslanden die in de lijst van begunstigden van officiële ontwikkelingshulp van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling zijn opgenomen, dragen de EIB-financieringsverrichtingen overeenkomstig artikel 208 en 209 VWEU indirect bij tot de beleidsdoelstellingen van de Unie inzake ontwikkelingssamenwerking , zoals het terugdringen van de armoede door middel van inclusieve groei en duurzame economische, ecologische en sociale ontwikkeling .

9. erkennt an, dass die UN-Organisationen oft über spezifische Erfahrung und Sachkenntnis verfügen, die anderweitig nicht ohne Weiteres zu finden ist; ist nichtsdestotrotz besorgt, dass die Kommission vorab nicht überzeugend nachweist, dass eine Entscheidung zugunsten einer UN-Organisation wirtschaftlicher und wirksamer ist als andere Wege der Erbringung der Hilfe; fordert die Kommission auf, das Auswahlverfahren für die für die Umsetzung der Hilfsmaßnahmen verantwortlichen Organisationen transparenter und objektiver zu gestalten;
9. onderkent dat organisaties van de Verenigde Naties vaak beschikken over specifieke ervaring en expertise die niet gemakkelijk elders worden gevonden; is evenwel bezorgd over het feit dat de Commissie van tevoren niet overtuigend aantoont dat de keuze voor een VN-organisatie daadwerkelijk efficiënter en doeltreffender is dan andere manieren om steun te verlenen; verzoekt de Commissie het selectieproces van kanalen voor de verstrekking van steun transparanter en objectiever vorm te geven;

7. äußert die Ansicht, dass diese größere Resilienz zum großen Teil auf das genossenschaftliche Geschäftsmodell zurückzuführen ist, das auf gemeinschaftlichem Eigentum, demokratischer wirtschaftlicher Teilhabe und Kontrolle, Organisation und Steuerung durch die Mitglieder und Verpflichtung gegenüber der Gemeinschaft gründet; betont, dass die Resilienz von Genossenschaften auch auf die charakteristische Methode der Vermögensbildung zurückzuführen ist, die weniger von der Entwicklung der Finanzmärkte abhängig ist und die sowohl mit der Bildung einer wenn möglich teilweise unteilbaren Reserve aus Überschüssen (insbesondere in Form von Vermögenswerten, die die genossenschaftliche Bewegung allgemein stärken, nach der Zahlung von offenen Schulden im Fall von Liquidationen) als auch der Umsetzung der Unternehmensziele verbunden ist, was ein Beleg für soziale und wirtschaftliche Ausgewogenheit sowie das Ziel der Verbesserung ihrer Funktionsweise und Tätigkeiten ist; ist der Auffassung, dass dieses Modell dazu beiträgt, dass Genossenschaften einen langfristigen Ansatz über Generationen hinweg verfolgen und in der lokalen Wirtschaft verankert sind, was eine nachhaltige lokale Entwicklung fördert und sicherstellt, dass sie nicht verlagert werden, auch wenn sie eine Internationalisierung durchlaufen;
7. is van mening dat de genoemde grotere veerkracht grotendeels te danken is aan het coöperatieve bestuursmodel, dat gebaseerd is op mede-eigendom, democratische economische participatie en controle, organisatie en beheer door de leden-eigenaren en op een engagement voor de gemeenschap; benadrukt het feit dat de veerkracht van coöperaties ook het gevolg is van de kenmerkende methode ervan voor kapitaalopbouw, die minder afhankelijk is van de ontwikkeling van de financiële markten en zowel verband houdt met de toewijzing van overschotten aan reservefondsen, indien mogelijk deels ondeelbaar (met name in de vorm van activa die de coöperatieve beweging als geheel versterken, na betaling van eventuele uitstaande schulden in geval van liquidatie), als met de tenuitvoerlegging van de doelstellingen van de onderneming, inclusief evenwichtige sociale en economische doelstellingen en het streefdoel de werking en de activiteit ervan te verbeteren; meent dat dit model er mee voor zorgt dat coöperaties een langetermijnbenadering volgen gedurende meer generaties en dat zij in de lokale economie zijn verankerd, hetgeen bijdraagt tot duurzame lokale ontwikkeling en ervoor zorgt dat zij niet delokaliseren, zelfs wanneer zij internationaliseren;

79. begrüßt die von den Partien auf beiden Seiten der Straße von Taiwan unternommenen Schritte, die im Juni 2010 zur Unterzeichnung von 15 Abkommen, einschließlich des Rahmenabkommens über wirtschaftliche Zusammenarbeit und eines Abkommens über die Rechte an geistigem Eigentum, geführt haben; unterstützt angesichts der Tatsache, dass die Ausweitung der Wirtschaftsbeziehungen zwischen beiden Ländern diesseits und jenseits der Straße von Taiwan im Interesse beider Seiten und der EU ist, nachdrücklich die Verstärkung der Wirtschaftsbeziehungen zwischen der EU und Taiwan und die Unterzeichnung eines Abkommens über wirtschaftliche Zusammenarbeit zwischen der EU und Taiwan; bekräftigt seine Unterstützung für die bedeutsame Beteiligung Taiwans als Beobachter in wichtigen internationalen Organisationen und Tätigkeiten wie am Rahmenübereinkommen der Vereinten Nationen über Klimaänderungen (UNFCCC), in der Weltgesundheitsorganisation (WHO) und in der Internationalen Zivilluftfahrt-Organisation (ICAO); würdigt den Beschluss der EU, taiwanesischen Bürgerinnen und Bürgern Visumfreiheit zu gewähren, was zur Stärkung der Beziehungen zwischen der EU und Taiwan in den Bereichen Handel und Investitionen sowie der persönlichen Kontakte zwischen den Menschen beitragen wird;
79. verwelkomt de stappen die door de partijen aan beide zijden van de Straat van Taiwan zijn gezet en die hebben geleid tot de ondertekening van circa 15 overeenkomsten, met inbegrip van de kaderovereenkomst voor economische samenwerking (ECFA) en een overeenkomst over intellectuele-eigendomsrechten, in juni 2010; spreekt, aangezien de uitbreiding van economische betrekkingen tussen China en Taiwan in het belang van beide landen en van de EU is, zijn krachtige steun uit voor versterking van de economische banden tussen de EU en Taiwan en de ondertekening van een economische samenwerkingsovereenkomst tussen de EU en Taiwan; spreekt nogmaals zijn steun uit voor de betekenisvolle deelname van Taiwan als waarnemer in relevante internationale organisaties en activiteiten, zoals het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering (UNFCCC), de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie (ICAO); prijst het besluit van de EU om Taiwanese burgers een visumvrijstelling te verlenen, hetgeen zal bijdragen aan de versterking van handels- en investeringsbetrekkingen tussen de EU en Taiwan, alsook aan contacten tussen mensen onderling;

Schuldet eine in Anhang I aufgeführte Person, Organisation oder Einrichtung Zahlungen aufgrund von Verträgen, Vereinbarungen oder Verpflichtungen, die von der betreffenden Person, Organisation oder Einrichtung vor dem Datum geschlossen wurden beziehungsweise für sie entstanden sind, an dem diese Person, Organisation oder Einrichtung benannt wurde, so können die auf den Websites in Anhang II angegebenen zuständigen Behörden der Mitgliedstaaten abweichend von Artikel 2 die Freigabe bestimmter eingefrorener Gelder oder wirtschaftlicher Ressourcen unter ihnen geeignet erscheinenden Bedingungen genehmigen, wenn die folgenden Voraussetzungen erfüllt sind:
In afwijking van het bepaalde in artikel 2 en mits een betaling verschuldigd is door personen, entiteiten of lichamen van bijlage I op grond van een contract of overeenkomst die door hen is gesloten of een verplichting die voor hen is ontstaan vóór de datum waarop zij zijn aangewezen, kunnen de bevoegde autoriteiten van de lidstaten, zoals genoemd op de in bijlage II vermelde websites, op door hen passend geachte voorwaarden toestemming geven voor de vrijgave van bepaalde bevroren tegoeden of economische middelen, indien aan de volgende voorwaarden is voldaan:

– in Kenntnis des Berichts der Organisation für Wirtschaftliche Zusammenarbeit und Entwicklung (OECD) von 2007 mit dem Titel "Wirtschaftliche Folgen von Fälschung und Piraterie",
– gezien het rapport van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) getiteld "De economische impact van namaak en piraterij" van 2007,