Eine solche Gesellschaft kann noch verfolgt werden, wenn die Auflösung ohne Liquidation dazu dient, sich der Verfolgung zu entziehen, oder wenn die Gesellschaft gemäss Artikel 61bis vor dem Verlust ihrer Rechtspersönlichkeit durch den Untersuchungsrichter beschuldigt wurde (Artikel 20 Absatz 2 des einleitenden Titels des Strafprozessgesetzbuches).
Een dergelijke vennootschap kan nog worden vervolgd indien de ontbinding zonder vereffening tot doel had te ontsnappen aan de vervolging, of indien de vennootschap overeenkomstig artikel 61bis door de onderzoeksrechter in verdenking is gesteld vóór het verlies van haar rechtspersoonlijkheid (artikel 20, tweede lid, van de voorafgaande titel van het Wetboek van strafvordering).