Unbeschadet Artikel 90 §§ 2 und 3 wird die Aussetzung nach Anhörung oder ordnungsgemässer Vorladung der Parteien durch ein begründetes Urteil des Vorsitzenden der damit befassten Kammer oder des von ihm ernannten Staatsrates angeordnet.
Onverminderd artikel 90, §§ 2 en 3, wordt, nadat de partijen gehoord zijn of behoorlijk opgeroepen, de schorsing bevolen bij gemotiveerd arrest van de voorzitter van de geadieerde kamer of van de staatsraad die hij daartoe aanwijst.