Im zweiten Teil des vierten Klagegrunds in der Rechtssache Nr. 5331 wird bemängelt, dass der Gesetzgeber keine Bestimmung zur Ahndung der Missachtung der durch Artikel 47bis § 1 des Strafprozessgesetzbuches garantierten Rechte der in einer anderen Eigenschaft als derjenigen eines Verdächtigen vernommenen Personen vorgesehen habe.
Het vierde middel in de zaak nr. 5331, tweede onderdeel, verwijt de wetgever niet te hebben voorzien in enige bepaling tot bestraffing van de schending van de rechten gewaarborgd bij artikel 47bis, § 1, van het Wetboek van strafvordering, van de personen die in een andere hoedanigheid dan die van verdachte worden verhoord.