Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "nr 2358 71 grundsätzlich nicht " (Duits → Nederlands) :

Art. 22 - Die in Artikel 18 Absatz 2 Ziffer 1 erwähnte Erntemeldung enthält mindestens: 1° die Elemente, die für den in Artikel 18 Absatz 1 Ziffern 1 bis 7 erwähnten Anerkennungsantrag notwendig sind; 2° die genaue Ortslage der mit Weinreben angepflanzten Parzellen für die betroffene Erzeugung, einschließlich der Gemeinde und der Nummer der Parzellenaufteilung, die im Rahmen des integrierten Verwaltungs- und Kontrollsystems zugewiesen wurde, vorgesehen in Artikel 17 der Verordnung (EG) Nr. 1782/2003 des Rates vom 29. September 2003 mit gemeinsamen Regeln für Direktzahlungen im Rahmen der Gemeinsamen Agrarpolitik und mit bestimmten Stützungsregelungen für Inhaber landwirtschaftlicher Betriebe und zur Änderung der Verordnungen (EWG) Nr. 201 ...[+++]

Art. 22. De oogst bedoeld in artikel 18, lid 1, 2°, bevat minstens : 1° de vereiste gegevens voor de erkenningsaanvraag bedoeld in artikel 18, lid 1, 1° tot 7° ; 2° de nauwkeurige ligging van de percelen die voor de betrokken productie met wijnstokken zijn aangeplant, waarop vermeld zijn, de gemeente en het nummer van het perceelsgewijs plan toegekend in het geïntegreerd beheers- en controlesysteem bedoeld in artikel 17 van Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad van 29 september 2003 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers en houdende wijziging van de ...[+++]


Aufgrund von Nr. 2 der Bestimmung kann der Pfändungsrichter einer Pfändung eines Gutes, das zu dieser Kategorie von grundsätzlich nicht pfändbaren Gütern gehört, erlauben, wenn nachgewiesen wird, dass die fremde Macht « diese Güter für die Erfüllung der Forderung reserviert oder bestimmt » hat, die Gegenstand des Rechtstitels ist, der als Grundlage für die Pfändung dient.

Krachtens het 2° van de bepaling kan de beslagrechter een beslag met betrekking tot een eigendom dat tot die categorie van in beginsel niet voor beslag vatbare eigendommen behoort, toestaan indien wordt bewezen dat de buitenlandse mogendheid « die eigendommen heeft gereserveerd of aangewezen ter voldoening van de vordering » die onderwerp is van de titel die ten grondslag ligt aan het beslag.


Aufgrund von Nr. 1 der Bestimmung kann der Pfändungsrichter eine Pfändung eines Gutes, das zu dieser Kategorie der grundsätzlich nicht pfändbaren Güter gehört, erlauben, wenn nachgewiesen wird, dass die fremde Macht ihrer Pfändbarkeit « ausdrücklich und spezifisch zugestimmt » hat.

Krachtens het 1° van de bepaling kan de beslagrechter een beslag met betrekking tot een eigendom die tot die categorie van in beginsel niet voor beslag vatbare eigendommen behoort, toestaan indien wordt bewezen dat de buitenlandse mogendheid « op uitdrukkelijke en specifieke wijze heeft ingestemd » met de vatbaarheid voor beslag ervan.


Obwohl die Nichtveröffentlichung der Liste es mit sich bringt, dass die Rechtsunterworfenen sie grundsätzlich nicht zur Kenntnis nehmen können, ist die in Artikel 44/5 § 1 Absatz 1 Nr. 2 des Gesetzes über das Polizeiamt enthaltene Definition der « verwaltungspolizeilichen Phänomenen » so beschaffen, dass jeder Rechtsunterworfene wissen kann, unter welchen Umständen die Polizeidienste seine personenbezogenen Daten verarbeiten könnten.

Ofschoon de niet-bekendmaking van de lijst met zich meebrengt dat de rechtsonderhorigen er in beginsel geen kennis van kunnen nemen, is de in artikel 44/5, § 1, eerste lid, 2°, van de wet op het politieambt vervatte definitie van « fenomenen van bestuurlijke politie » van dien aard dat elke rechtsonderhorige kan weten in welke omstandigheden de politiediensten zouden kunnen overgaan tot een verwerking van zijn persoonsgegevens.


Von der Erfüllung dieser Bedingung sind befreit: 1. Personen, auf die die Verordnung (EWG) Nr. 1408/71 des Rates der Europäischen Gemeinschaften vom 14. Juni 1971 über die Anwendung der Systeme der sozialen Sicherheit auf Arbeitnehmer und Selbständige sowie deren Familienangehörige, die innerhalb der Gemeinschaft zu- und abwandern, anwendbar ist, 2. Staatenlose, 3. Flüchtlinge und Personen mit subsidiärem Schutzstatus im Sinne des Gesetzes vom 15. Dezember 1980 über die Einreise ins Staatsgebiet, den Aufenthalt, die Niederlassung und das Entfernen von Ausländern, 4. Personen, die nicht ...[+++]

Van deze voorwaarde worden vrijgesteld : 1° de persoon die onder de toepassing valt van de Verordening (EEG) nr. 1408/71 van 14 juni 1971 van de Raad van de Europese Gemeenschappen betreffende de toepassing van de sociale verzekeringsregelingen op werknemers en zelfstandigen, alsmede op hun gezinsleden, die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen; 2° de staatloze; 3° de vluchteling en de persoon die de subsidiaire beschermingsstatus geniet in de zin van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verbl ...[+++]


Außerdem wird im neuen Artikel 8 § 1 die bestehende Praxis bestätigt, wonach die Berücksichtigung der Gehaltszuschläge grundsätzlich auf die Monate begrenzt ist, in denen der Gehaltszuschlag tatsächlich gewährt wird, und in Höhe der gewährten Beträge auf der Grundlage der Verordnungsbestimmungen, die zum Zeitpunkt ihrer Auszahlung in Kraft waren, und folglich nicht auf der Grundlage des Besoldungsstatuts, das zum Zeitpunkt des Beginns der Pension in Kraft ist » (Parl. Dok., Kammer, 1997-1998, Nr. 1722/1, SS. 82-84).

Het nieuwe artikel 8, § 1 bevestigt de huidige praktijk volgens welke de inaanmerkingneming van weddebijslagen in principe beperkt is tot de maanden tijdens welke de bijslag werkelijk werd toegekend en ten belope van de bedragen toegekend op basis van de bestuursrechtelijke bepalingen van kracht op het ogenblik van de uitbetaling van deze bedragen en dus niet op basis van het op het ogenblik van de ingangsdatum van het pensioen van kracht zijnde geldelijk statuut » (Parl. St., Kamer, 1997-1998, nr. 1722/1,pp. 82-84).


« Verstoßen Artikel 2bis des einleitenden Titels des Strafprozessgesetzbuches und Artikel 2 Nr. 1 des Programmgesetzes vom 27. Dezember 2006, dahin ausgelegt, was den erstgenannten Artikel angeht, dass er die Gerichtshöfe und Gerichte dazu verpflichtet, einen Ad-hoc-Bevollmächtigten zu bestimmen, sobald ein Interessenkonflikt vorliegt, und, was den letztgenannten Artikel angeht, dass die Honorare dieses Ad-hoc-Bevollmächtigten, der meistens ein Rechtsanwalt ist, als Verteidigungskosten zu betrachten sind, die nicht in die Gerichtskosten in Strafsachen aufgenommen werden können, gegen die Artikel 10, 11 und 23 der Verfassung in Verbindun ...[+++]

« Schenden artikel 2bis van de voorafgaande titel van het Wetboek van strafvordering en artikel 2, 1°, van de programmawet van 27 december 2006, in die zin geïnterpreteerd, voor het eerste artikel, dat het de hoven en rechtbanken ertoe verplicht een lasthebber ad hoc aan te wijzen zodra er een belangenconflict bestaat en, voor het tweede artikel, dat de erelonen van die lasthebber ad hoc, meestal een advocaat, moeten worden aangemerkt als verweerkosten die niet kunnen worden opgenomen in de gerechtskosten in strafzaken, de artikelen 10, 11 en 23 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 6.3, onder c), van het Europees Verdrag voo ...[+++]


Der Eigentümer eines unbeweglichen Gutes, das auf dem Gebiet des Königreichs gelegen ist und nicht vermietet wird, schuldet grundsätzlich den Immobiliensteuervorabzug (Artikel 7 § 1 Nr. 1 Buchstabe a) des EStGB 1992 in Verbindung mit Artikel 251 desselben Gesetzbuches in der auf dem Gebiet der Wallonischen Region anwendbaren Fassung).

De eigenaar van een onroerend goed dat op het grondgebied van het Rijk is gelegen en dat niet wordt verhuurd, is de onroerende voorheffing in beginsel verschuldigd (artikel 7, § 1, 1°, a), van het WIB 1992, in samenhang gelezen met artikel 251 van hetzelfde Wetboek, zoals zij op het grondgebied van het Waalse Gewest van toepassing zijn).


Der Anspruch auf diese Pension wird gewährt: 1. den Bürgern eines Mitgliedstaates des Europäischen Wirtschaftsraums und den Bürgern eines Nicht-Mitgliedstaates des Europäischen Wirtschaftsraums, die in Anwendung der europäischen Verordnung 859/2003 Anspruch auf die Bestimmungen der europäischen Verordnungen 1408/71 und 574/72 über die soziale Sicherheit erheben können; 2. den Bürgern der Schweizerischen Eidgenossenschaft; 3. den Staatenlosen und Flüchtlingen im Sinne von Artikel 51 Nr. 4; 4. den Bürgern eines Landes, mit dem ein Gegenseitigkeitsabkommen geschlossen wurde, durch das ihnen dieser Vorteil gewährt wird; 5. den ehemaligen Ehepartnern eines Versicherten mit einer Staatsangehörigkeit im Sinne der Nrn. 1, 2, 3 oder 4.

Het recht op dit pensioen is erkend : 1° aan de onderdanen van een Lidstaat van de Europese Economische Ruimte en aan de onderdanen van een niet-Lidstaat van de Europese Economische Ruimte die met toepassing van de Europese verordening 859/2003 aanspraak kunnen maken op de bepalingen van de Europese verordeningen 1408/71 en 574/72 inzake sociale zekerheid; 2° aan de onderdanen van de Zwitserse Confederatie; 3° aan de staatlozen en aan de vluchtelingen zoals ze zijn gedefinieerd in artikel 51, 4°; 4° aan de onderdanen van een land waarmee een wederkerigheidsakkoord werd gesloten die hen dit voordeel toekent; 5° aan de gewezen echtgenoten van een verzekerde met een nationaliteit vermeld in 1°, 2°, 3° of 4°.


Aufgrund des GSWW 1999 gab es grundsätzlich eine Verpflichtung, Vorabentscheidungsfragen zu stellen, doch verfügte der Appellationshof Brüssel nicht über die Möglichkeit, eine Untersuchung bezüglich der Praktiken durch Spezialdienste der Wettbewerbsbehörde zu beantragen (Parl. Dok., Senat, 1998-1999, Nr. 1-614/8, S. 300).

Krachtens de WBEM 1999 was er in beginsel een verplichting tot het stellen van prejudiciële vragen, maar beschikte het Hof van Beroep te Brussel niet over de mogelijkheid om een onderzoek naar de praktijken door de gespecialiseerde diensten van de mededingingsautoriteit te vragen (Parl. St., Senaat, 1998-1999, nr. 1-614/8, p. 300).




datacenter (6): www.wordscope.be (v4.0.br)

'nr 2358 71 grundsätzlich nicht' ->

Date index: 2022-02-12
w