2. Mittel, die nach dem in Artikel 42 Absatz 1 Buchstabe c der Verordnung (EU) Nr. 1303/2013 genannten Zeitraum oder infolge einer unerwarteten Liquidation des Finanzinstruments vor Ende des genannten Zeitraums auf dem Treuhandkonto verbleiben, werden in Einklang mit Artikel 45 der genannten Verordnung verwendet.
2. Eventuele middelen die op de geblokkeerde rekening achterblijven na de in artikel 42, lid 1, onder c), van Verordening (EU) nr. 1303/2013 vastgestelde periode, of als gevolg van een onverwachte opheffing van het financieel instrument voor het einde van die periode, worden overeenkomstig artikel 45 van deze verordening gebruikt.