In den Rechtssachen Nrn. 2906 und 2957 wird der Hof gebeten, die Vereinbarkeit der fraglichen Bestimmung mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung zu prüfen, gegebenenfalls in Verbindung mit den Artikeln 2, 3, [5], 9, 24 Absatz 1, 26 und 27 des am 20. November 1989 in New York geschlossenen bereinkommens über die Rechte des Kindes.
In de zaken nrs. 2906 en 2957 wordt het Hof verzocht de in het geding zijnde bepaling te toetsen aan de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, eventueel in samenhang gelezen met de artikelen 2, 3, [5], 9, 24.1, 26 en 27 van het Verdrag inzake de rechten van het kind, aangenomen te New York op 20 november 1989.