In ihrem Erwiderungsschriftsatz hat sie sich das Recht vorbehalten, « notwendigenfalls noch auf die Anmerkungen zu antworten, die im etwaigen Erwiderungsschriftsatz der [intervenierenden] Parteien noch vorgebracht werden ».
In haar memorie van antwoord heeft zij zich het recht voorbehouden « om, indien nodig, nog te repliceren op de opmerkingen die in de eventuele memorie van antwoord van de [tussenkomende] partijen nog zouden worden geformuleerd ».