32. hält es derzeit nicht für notwendig, die Haushaltsobergrenze in Höhe von 1,24 % des BNE, die bereits genügend Handlungsspielraum belässt, zu ändern; erinnert daran, dass kein Haushalt bislang an diese Obergrenze herangereicht hat, die von den Mitgliedstaaten selbst unter britischem Ratsvorsitz im Jahre 1992 vereinbart worden war, und dass die Zahlungsermächt
igungen ihren Höchststand 1993 mit 1,18 % des BSP erreicht hatten; betont, da
ss der Finanzrahmen zwar einen Prozentsatz von 1,045 % des BNE für die Jahre 2007-2013 vorsieht,
...[+++]dass aber der erste Haushalt dieses Zeitraums auf dem niedrigen Stand von 0,99 % des BNE verabschiedet wurde; 32. ziet thans geen reden om het plafond van 1,24% van het BNI, dat reeds een behoorlijke manoeuvr
eerruimte biedt, te wijzigen; wijst erop dat geen enkele
begroting ooit ook maar in de buurt is gekomen van dit plafond, dat in 1992 onder Brits voorzitterschap door de lidstaten zelf is vastgesteld (het maximumniveau van de betalingskredieten is bereikt in 1993, met 1,18% van het BNP); onderstreept dat, hoewel het financieel kader voorziet in een percentage van 1,045% van het BNI voor de jaren 2007 - 2013, in de eerste begroting van de
...[+++]ze periode die is aangenomen het BNI-percentage slechts 0,99% bedraagt;