Nach Darlegung des Ministerrats sei die Klage gegen die Artikel 6, 25, 34 und 39 des Gesetzes in der Rechtssache Nr. 1987 unzulässig, weil die klagende Partei nicht nachweise, inwiefern die Einschränkung des Betriebs von Glücksspielen auf Einrichtungen der Klassen II und III diskriminierend sei.
Volgens de Ministerraad zou het beroep gericht tegen de artikelen 6, 25, 34 en 39 van de wet in de zaak nr. 1987 onontvankelijk zijn, aangezien de verzoekende partij niet aantoont op welke manier de beperking van de exploitatie van kansspelen tot de inrichtingen van klasse II en III discriminerend zou zijn.