Traduction de «neigung des fahrzeugs » (Allemand → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

Inklination | Neigung | Neigung der Bahnebene
helling | inclinatie

maßgebende Neigung | maßgebende Neigung eines Streckenabschnitts
bepalende helling | kenmerkende helling

Schienenunterlagsplatte mit Neigung | Unterlagsplatte mit Neigung im Schienenauflager
hellende onderlegplaat | hellende onderlegplaat voor spoorstaven

Fahrzeug- und Motoreningenieur | Motorenkonstrukteur | Fahrzeug- und Motoreningenieur/Fahrzeug- und Motoreningenieurin | Motorenkonstrukteurin
machinebouwer | ontwerper-constructeur machines, motoren | ontwerper-constructeur industriële machines | ontwerper-constructeur machines en gereedschappen

schadstoffarmes Fahrzeug [ schadstofffreies Fahrzeug | umweltfreundliches Fahrzeug ]
minder vervuilend voertuig

Neigung zu Synkopen
neiging tot flauwvallen

Fahrzeuge im Depot abstellen | Fahrzeuge im Depot parken
voertuigen in een depot parkeren | voertuigen in een opslagplaats parkeren

Fahrzeuge bedarfsgerecht disponieren | Fahrzeuge den Anforderungen entsprechend zuweisen
voertuigen toewijzen conform de vereisten | voertuigen toewijzen in overeenstemming met de vereisten

landwirtschaftliches Fahrzeug [ landwirtschaftliches Kraftfahrzeug ]
landbouwvoertuig

Hilfsmittel für Behinderte [ angepasstes Fahrzeug | Beseitigung von architektonischen Hindernissen | Blindenschrift | Gebäudeanpassung | Gerät für Behinderte | Rufgerät | Zeichensprache ]
faciliteiten voor gehandicapten [ aangepast voertuig | aanpassing van gebouw | braille | gebarentaal | gesproken boek | hulpmiddel voor gehandicapten | ouderenalarm | verwijdering van bouwkundige obstakels ]

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

Anmerkung: Die Neigung ist bei stillstehendem Fahrzeug auf ebenem, geradem Gleis zu messen.
Noot: Hellingen moeten worden gemeten met een op recht en vlak spoor stilstaand voertuig.

1.5. „Längsneigung (ln)“: tatsächliche Neigung (in Prozent) der Aufstellfläche, wenn die Längsmittelebene des Fahrzeugs parallel zur Linie der größten Neigung liegt (Abbildung 2);
„langsinclinatie (li)”, de helling, uitgedrukt in procenten, van het werkelijke steunvlak, waarbij het middenlangsvlak van het voertuig evenwijdig loopt aan de lijn met de grootste helling (figuur 2);

1.4. „Querneigung (qn)“: tatsächliche Neigung (in Prozent) der Aufstellfläche, wenn sich der Schnittpunkt der Längsmittelebene des Fahrzeugs und der Aufstellfläche im rechten Winkel zur Linie der größten Neigung befindet (Abbildung 1);
„dwarsinclinatie (di)”, de helling, uitgedrukt in procenten, van het werkelijke steunvlak, waarbij de snijlijn tussen het middenlangsvlak van het voertuig en het steunvlak loodrecht staat op de lijn met de grootste helling (figuur 1);

Der gemessene Mittelwert der Neigung des Abblendlichts oder der Neigung des Fahrzeugs, wobei sich das Fahrzeug für die geprüfte Fahrzeugklasse im Zustand Nr. 1 gemäß Anlage 1 befindet.
Gemiddelde waarde van de helling van de gedimde lichtbundel of van het voertuig, gemeten bij het voertuig in belastingstoestand nr. 1 omschreven in aanhangsel 1 voor de categorie van het aan de proef onderworpen voertuig.

1.4". Querneigung (qn)": tatsächliche Neigung (in Prozent) der Aufstellfläche, wenn sich der Schnittpunkt der Längsmittelebene des Fahrzeugs und der Aufstellfläche im rechten Winkel zur Linie der grössten Neigung befindet (Abbildung 1);
1.4". dwarsinclinatie (di)", de helling, uitgedrukt in procenten, van het werkelijke steunvlak, waarbij de snijlijn tussen het middenlangsvlak van het voertuig en het steunvlak loodrecht staat op de lijn met de grootste helling (figuur 1);

Wird ein Schirm benutzt, sind seine Markierungen, seine Stellung und Ausrichtung zum Boden und zur Längsmittelebene des Fahrzeugs so zu wählen, daß sich die Messung der Neigung des Abblendlichts mit einer Genauigkeit von ± 0,5 mrad (± 0,05 % Neigung) wiederholen lässt.
Indien gebruik wordt gemaakt van een scherm, moeten de merktekens, plaats en de richting daarvan ten opzichte van het grondoppervlak en het middenlangsvlak van het voertuig zodanig zijn dat de reproduceerbaarheid van de meting van de helling van de gedimde lichtbundel kan worden gewaarborgd met een nauwkeurigheid van p 0,5 mrad (p 0,05 %).