50. fordert eine Erprobung neuer und innovativer Finanzierungsmethoden wie projektspezifischer EU-Anleihen und EU-Innovationsgutscheine, mit denen die Unternehmen diese Mittel unmittelbar in zugelassenen Forschungszentren einsetzen können; vertritt die Auffassung, dass f
ür diese Gutscheine keine Kostenabrechnung notwendig sein sollte, da ihr Einsatz von den Zentren, in
denen sie eingelöst werden, geprüft würde; ist der Auffassung, dass die Akkredi
tierungszentren auf nationaler ...[+++] oder regionaler Ebene errichtet und von einer europäischen Einrichtung wie beispielsweise der Gemeinsamen Forschungsstelle validiert werden könnten; vertritt die Auffassung, dass der Beitrag der Gemeinsamen Forschungsstelle zur Innovation im Rahmenprogramm eine verstärkte Zusammenarbeit mit der Wirtschaft umfassen sollte; 50. dringt aan op het uittesten van nieuwe en innovatiegerichte financieringsmethoden zoals EU-projectobligaties en -innovatievouchers, die bedrijven de gelegenheid bieden de verkregen
middelen direct in erkende onderzoekscentra te besteden; onderstreept dat deze vouchers niet als kost
en zouden hoeven te worden opgevoerd aangezien de centra waar ze worden gespendeerd zelf voor de bestedingscertificering zouden zorgen; de accrediteri
ngscentra zouden in nationaal dan wel r ...[+++]egionaal verband kunnen worden opgezet en officieel kunnen worden erkend door een Europees orgaan zoals bijvoorbeeld het Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek (JRC); is van mening dat de innovatiebijdrage van het JRC uit hoofde van het kaderprogramma zich ook moet uitstrekken tot nauwere samenwerking met het bedrijfsleven;