Traduction de «nach iata-prognosen wird » (Allemand → Néerlandais) :

Nach jüngsten Prognosen wird der Anteil hochqualifizierter Arbeitsplätze von 29 % (2010) auf 35 % aller Arbeitsplätze im Jahr 2020 steigen, das entspricht einem Zuwachs um nahezu 16 Millionen.
Uit een recente prognose blijkt dat het aandeel van hooggekwalificeerde banen met bijna 16 miljoen zal toenemen van 29 % (2010) tot 35 % van alle banen in 2020.

Nach derzeitigen Prognosen wird es bis zum Jahr 2060 38 Millionen weniger Menschen im erwerbsfähigen Alter geben. Heute kommen auf einen Rentner vier Erwerbstätige: 2060 werden es nur noch zwei sein.
Vandaag zijn er voor elke gepensioneerde vier mensen aan het werk; in 2060 zullen er dat nog twee zijn.

Laut UN-Prognosen wird die Nachfrage nach Lebensmitteln bis 2050 um rund 70 % steigen .
Op grond hiervan heeft de VN voorspeld dat de vraag naar voedsel in 2050 met ongeveer 70 % zal zijn gestegen .

Laut UN-Prognosen wird die Nachfrage nach Lebensmitteln bis 2050 um rund 70 % steigen .
Op grond hiervan heeft de VN voorspeld dat de vraag naar voedsel in 2050 met ongeveer 70% zal zijn gestegen .

Während des zweiten Verpflichtungszeitraums (2013-2020) wird nach den Prognosen der Mitgliedstaaten erwartet, dass die Gesamtemissionen (ohne LULUCF und internationalen Luftverkehr) um 23 % unter denen des Basisjahres liegen.
Volgens de prognoses van de lidstaten wordt verwacht dat de totale gemiddelde uitstoot voor de tweede verbintenisperiode (2013-2020) (exclusief LULUCF en de internationale luchtvaart) 23 % lager ligt ten opzichte van de niveaus van het referentiejaar.

10. macht darauf aufmerksam, dass der Anteil der Bürger der EU über 65 Jahre derzeit über 17 % beträgt und nach Eurostat-Prognosen bis 2060 auf 30 % steigen wird;
10. constateert dat meer dan 17% van de burgers in de Europese Unie thans 65 jaar of ouder is en dat dit percentage volgens de voorspellingen van Eurostat zal stijgen tot 30% in 2060;

25. nimmt die vorläufige Einschätzung der Kommission aufgrund der jüngsten Prognosen der Mitgliedstaaten zur Kenntnis, nach der sich die Programmdurchführung im Bereich der Kohäsionspolitik 2016 wahrscheinlich verzögern wird; sieht mit Besorgnis, dass eine viel zu niedrige Verwendungsquote im dritten Jahr des neuen ESI-Fonds-Zyklus zu einer Zeit, in der die Programme im vollen Gange sein sollten, nicht nur dazu führen dürfte, dass die erwarteten Ergebnisse vor Ort nicht planmäßig erreicht werden, sondern dass auch die Zahlungen in den Folgejahren erheblich unter Druck geraten und dadurch möglicherweise wieder ein Rückstand bei den unbezahlten Rechnungen auflaufen wird; fordert die betroffenen Mitgliedstaaten nachdrücklich auf, rasch Fortschritte bei der Beseitigung der Ursachen dieser Verzögerungen bei der Umsetzung zu erzielen, etwa durch die schnelle Benennung der für die jeweiligen Programme zuständigen Behörden, die Vermeidung von doppeltem Verwaltungsaufwand und die Vereinfachung der einzelstaatlichen Verwaltungsverfahren; fordert die Kommission gemäß dem Zahlungsplan auf, die Entwicklung bei den Zahlungen in Teilrubrik 1b für den Programmzeitraum 2014–2020 genau zu beobachten und detaillierte, regelmäßig aktualisierte Prognosen vorzulegen, die bei einschlägigen interinstitutionellen Sitzungen erörtert werden, und bei Bedarf geeignete Vorschläge zu unterbreiten;
25. neemt kennis van de voorlopige analyse van de Commissie, op basis van de recentste ramingen van de lidstaten, dat de uitvoering van de programma's op het gebied van het cohesiebeleid in 2016 waarschijnlijk vertraging zal oplopen; is zeer bezorgd over het feit dat een aanzienlijke onderbesteding in het derde jaar van de uitvoering van de nieuwe cyclus van de Europese structuur- en investeringsfondsen, op een ogenblik dat de programma's volledig operationeel zouden moet zijn, niet alleen een nadelig effect zal hebben op het tijdig behalen van resultaten op het terrein, maar ook kan leiden tot grote druk op de betalingen in de volgende jaren, waardoor eventueel opnieuw een betalingsachterstand kan ontstaan; dringt er bij de betrokken lidstaten op aan snel vooruitgang te boeken bij het aanpakken van de onderliggende oorzaken van deze vertragingen in de uitvoering, bijvoorbeeld door dringend programma-autoriteiten aan te wijzen en door nationale administratieve procedures te vereenvoudigen en niet te vermenigvuldigen; verzoekt de Commissie in overeenstemming met het betalingsplan nauwlettend toe te zien op de ontwikkeling van de betalingen in rubriek 1b met betrekking tot de programmeringsperiode 2014-2020, onder meer via gedetailleerde en regelmatig bijgewerkte ramingen die moeten worden besproken op specifieke interinstitutionele bijeenkomsten, en zo nodig passende voorstellen te doen;

24. nimmt die vorläufige Einschätzung der Kommission aufgrund der jüngsten Prognosen der Mitgliedstaaten zur Kenntnis, nach der sich die Programmdurchführung im Bereich der Kohäsionspolitik 2016 wahrscheinlich verzögern wird; sieht mit Besorgnis, dass eine viel zu niedrige Verwendungsquote im dritten Jahr des neuen ESI-Fonds-Zyklus zu einer Zeit, in der die Programme im vollen Gange sein sollten, nicht nur dazu führen dürfte, dass die erwarteten Ergebnisse vor Ort nicht planmäßig erreicht werden, sondern dass auch die Zahlungen in den Folgejahren erheblich unter Druck geraten und dadurch möglicherweise wieder ein Rückstand bei den unbezahlten Rechnungen auflaufen wird; fordert die betroffenen Mitgliedstaaten nachdrücklich auf, rasch Fortschritte bei der Beseitigung der Ursachen dieser Verzögerungen bei der Umsetzung zu erzielen, etwa durch die schnelle Benennung der für die jeweiligen Programme zuständigen Behörden, die Vermeidung von doppeltem Verwaltungsaufwand und die Vereinfachung der einzelstaatlichen Verwaltungsverfahren; fordert die Kommission gemäß dem Zahlungsplan auf, die Entwicklung bei den Zahlungen in Rubrik 1b für den Programmzeitraum 2014–2020 genau zu beobachten und detaillierte, regelmäßig aktualisierte Prognosen vorzulegen, die bei einschlägigen interinstitutionellen Sitzungen erörtert werden, und bei Bedarf geeignete Vorschläge zu unterbreiten;
24. neemt kennis van de voorlopige analyse van de Commissie, op basis van de recentste ramingen van de lidstaten, dat de uitvoering van de programma's op het gebied van het cohesiebeleid in 2016 waarschijnlijk vertraging zal oplopen; is zeer bezorgd over het feit dat een aanzienlijke onderbesteding in het derde jaar van de uitvoering van de nieuwe cyclus van de Europese structuur- en investeringsfondsen, op een ogenblik dat de programma's volledig operationeel zouden moet zijn, niet alleen een nadelig effect zal hebben op het tijdig behalen van resultaten op het terrein, maar ook kan leiden tot grote druk op de betalingen in de volgende jaren, waardoor eventueel opnieuw een betalingsachterstand kan ontstaan; dringt er bij de betrokken lidstaten op aan snel vooruitgang te boeken bij het aanpakken van de onderliggende oorzaken van deze vertragingen in de uitvoering, bijvoorbeeld door dringend programma-autoriteiten aan te wijzen en door nationale administratieve procedures te vereenvoudigen en niet te vermenigvuldigen; verzoekt de Commissie in overeenstemming met het betalingsplan nauwlettend toe te zien op de ontwikkeling van de betalingen in rubriek 1b met betrekking tot de programmeringsperiode 2014-2020, onder meer via gedetailleerde en regelmatig bijgewerkte ramingen die moeten worden besproken op specifieke interinstitutionele bijeenkomsten, en zo nodig passende voorstellen te doen;

Nach den Prognosen im Bericht über die Folgenabschätzung, denen umfangreiche Informationen über in allen Mitgliedstaaten bestehende oder geplante einschlägige Legislativ- oder Selbstregulierungsmaßnahmen zugrunde gelegt wurden, wird die Vertretung von Frauen in den Leitungsorganen börsennotierter Gesellschaften voraussichtlich von 13,7 % im Jahr 2012 auf 20,4 % (20,84 %, wenn die KMU ausgeschlossen sind) im Jahr 2020 ansteigen.
Treedt de Unie niet op, dan neemt volgens de prognoses van het effectbeoordelingsverslag, die zijn gebaseerd op uitgebreide gegevens over alle bestaande of geplande wetgevings- en zelfreguleringsinitatieven op dit gebied in de lidstaten, de vrouwelijke vertegenwoordiging in de raden van bestuur van beursgenoteerde ondernemingen in de EU toe van 13,7% in 2012 tot 20,4% in 2020 (20,84% wanneer kmo’s buiten beschouwing worden gelaten).

Nach unseren Prognosen für 2006 und 2007 wird diese Tendenz anhalten und eine deutliche Verbesserung eintreten, sofern die Mitgliedstaaten zusätzliche Maßnahmen ergreifen.
Volgens onze verwachtingen voor 2006 en 2007 zal deze ontwikkeling aanhouden, en als de lidstaten extra maatregelen nemen zal de situatie nog verder verbeteren.