Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
AADP
Artikel
Artikel 12-Verfahren
Artikel lesen
DADP
Den Preis für Artikel auf der Speisekarte bestimmen
Den Preis für Artikel auf der Speisekarte festlegen
GATS Artikel II
Leiter eines Geschäftes für orthopädische Artikel
Leiterin eines Geschäftes für Orthopädieartikel
Leiterin eines Geschäftes für orthopädische Artikel
Preise für Artikel auf der Speisekarte bestimmen
Preise für Artikel auf der Speisekarte festlegen
Verfahren gemäß Artikel 12

Vertaling van "müsste in artikel " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE
den Preis für Artikel auf der Speisekarte bestimmen | Preise für Artikel auf der Speisekarte bestimmen | den Preis für Artikel auf der Speisekarte festlegen | Preise für Artikel auf der Speisekarte festlegen

een prijskaart samenstellen | prijzen op het menu vaststellen | de prijzen op een menukaart berekenen | prijzen op het menu bepalen


Leiterin eines Geschäftes für Orthopädieartikel | Leiterin eines Geschäftes für orthopädische Artikel | Leiter eines Geschäftes für orthopädische Artikel | Leiter eines Geschäftes für orthopädische Artikel/Leiterin eines Geschäftes für orthopädische Artikel

hoofd afdeling orthopedie | verkoopmanager orthopedie | bedrijfshoofd orthopedische schoenmakerij | manager verkoop orthopedische hulpmiddelen


Artikel 12-Verfahren | Befassung mit der Anwendung des Verfahrens gemäß Artikel 12 | Verfahren gemäß Artikel 12

verwijzing volgens artikel 12


Allgemeines Abkommen über den Dienstleistungsverkehr-Anhang über Befreiungen zu Artikel II [ GATS Artikel II ]

Algemene Overeenkomst inzake de handel in diensten-Bijlage betreffende vrijstellingen van de toepassing van Artikel II [ GATS Article II Exemptions | AOHD Artikel II Vrijstellingen ]


Beschluss zur Überprüfung von Artikel 17 Absatz 6 des Übereinkommens zur Durchführung des Artikels VI des Allgemeinen Zoll- und Handelsabkommens 1994 [ DADP ]

Besluit inzake de herziening van artikel 17,lid 6,van de Overeenkomst inzake de toepassing van artikel VI van de Algemene Overeenkomst inzake Tarieven en Handel 1994 [ DADP | BH ]


Protokoll aufgrund von Artikel K.3 des Vertrags über die Europäische Union und von Artikel 41 Absatz 3 des Europol-Übereinkommens über die Vorrechte und Immunitäten für Europol, die Mitglieder der Organe, die stellvertretenden Direktoren und die Bediensteten von Europol

Protocol, opgesteld op basis van artikel K.3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie en artikel 41, lid 3, van de Europol-overeenkomst, betreffende de voorrechten en immuniteiten van Europol, de leden van zijn organen, zijn adjunct-directeuren en zijn personeelsleden


Protokoll zu Artikel 141 des Vertrags zur Gründung der Europäischen Gemeinschaft | Protokoll zu Artikel 157 des Vertrags über die Arbeitsweise der Europäischen Union

Protocol ad artikel 141 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap | Protocol ad artikel 157 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie


Übereinkommen zur Durchführung des Artikels VI des Allgemeinen Zoll- und Handelsabkommen 1994 [ AADP ]

Overeenkomst inzake de toepassing van artikel VI van de Algemene Overeenkomst inzake Tarieven en Handel 1998 [ AADP | OOTH ]




IN-CONTEXT TRANSLATIONS
Aufgrund von Artikel 105 Absatz 2 des Mehrwertsteuergesetzbuches musste der königliche Erlass vom 28. Dezember 1999 Gegenstand eines Bestätigungsgesetzes sein, dessen Entwurf bei den Gesetzgebenden Kammern, wenn sie versammelt sind unverzüglich und sonst sobald die nächste Sitzungsperiode eröffnet ist, eingereicht werden musste.

Krachtens artikel 105, tweede lid, van het BTW-Wetboek, moest het koninklijk besluit van 28 december 1999 het voorwerp uitmaken van een bekrachtigingswet waarvan het ontwerp bij de wetgevende Kamers, onmiddellijk indien ze in zitting waren, zo niet bij de opening van de eerstvolgende zitting, moest worden ingediend.


Zum Zeitpunkt der Verkündung der Vorlageentscheidung musste ein strafrechtlich Verurteilter, um rechtsgültig Einspruch gegen ein Urteil eines Korrektionalgerichts einlegen zu können, ihn grundsätzlich « der Staatsanwaltschaft, der verfolgenden Partei oder den anderen Parteien des Rechtsstreits » zustellen lassen (Artikel 187 Absatz 4 des Strafprozessgesetzbuches vor seiner Ersetzung durch Artikel 83 des Gesetzes vom 5. Februar 2016).

Op het ogenblik van de uitspraak van de verwijzingsbeslissing moest een strafrechtelijk veroordeelde, om op geldige wijze verzet aan te tekenen tegen een vonnis van een correctionele rechtbank, het in principe laten betekenen « aan het openbaar ministerie, aan de vervolgende partij of aan de andere partijen in de zaak » (artikel 187, vierde lid, van het Wetboek van strafvordering, vóór de vervanging ervan bij artikel 83 van de wet van 5 februari 2016).


Zum Zeitpunkt der Verkündung der Vorlageentscheidung musste die Kassationsbeschwerde, die durch die strafrechtlich verurteilte Person gegen ein Urteil eines Korrektionalgerichts oder gegen einen Entscheid eines Appellationshofes eingereicht wurde, grundsätzlich in Form einer « Kassationserklärung » erfolgen, die « von der verurteilten Partei bei der Kanzlei abgegeben und von ihr und dem Greffier unterzeichnet » wurde (Artikel 417 Absatz 1 des Strafprozessgesetzbuches vor seiner Ersetzung durch Artikel 17 des Gesetzes vom 14. Februar 2 ...[+++]

Op het ogenblik van de uitspraak van de verwijzingsbeslissing moest de voorziening in cassatie ingesteld door een strafrechtelijk veroordeelde tegen een vonnis van een correctionele rechtbank of tegen een arrest van een hof van beroep, in principe de vorm aannemen van een « verklaring van beroep [...] op de griffie [...] door [hem] en door de griffier getekend » (artikel 417, eerste lid, van het Wetboek van strafvordering, vóór de vervanging ervan bij artikel 17 van de wet van 14 februari 2014).


In seinem Entscheid Nr. 29/2011 vom 24. Februar 2011, der auf eine Vorabentscheidungsfrage hin ergangen ist, musste der Gerichtshof über die Verfassungsmäßigkeit von Artikel 1 des Gesetzes vom 12. Januar 1993 über ein Klagerecht im Bereich des Umweltschutzes in Verbindung mit Artikel 194 des flämischen Gemeindedekrets vom 15. Juli 2005 befinden, ausgelegt in dem Sinne, dass die Gemeinde nicht die Möglichkeit hätte, sich in einem Verfahren, das durch ...[+++]

Bij zijn arrest nr. 29/2011 van 24 februari 2011, gewezen op een prejudiciële vraag, diende het Hof zich uit te spreken over de grondwettigheid van artikel 1 van de wet van 12 januari 1993 betreffende een vorderingsrecht inzake bescherming van het leefmilieu, in samenhang gelezen met artikel 194 van het Vlaamse Gemeentedecreet van 15 juli 2005, in die zin geïnterpreteerd dat de gemeente niet de mogelijkheid zou hebben om zich in een procedure die door een inwoner namens die gemeente is ingeleid, te laten bijstaan door een zelf gekozen advocaat.


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
Der Verfassungsgerichtshof, zusammengesetzt aus den Präsidenten J. Spreutels und E. De Groot, und den Richtern A. Alen, T. MerckxVan Goey, P. Nihoul, T. Giet und R. Leysen, unter Assistenz des Kanzlers F. Meersschaut, unter dem Vorsitz des Präsidenten J. Spreutels, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Entscheid vom 12. Dezember 2014 in Sachen der « Etablissements L. Lacroix Fils » AG gegen die Stadt Mons, dessen Ausfertigung am 22. Dezember 2014 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat der Appellationshof Mons folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « ...[+++]

Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en E. De Groot, en de rechters A. Alen, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij arrest van 12 december 2014 in zake de nv « Etablissements L. Lacroix Fils » tegen de stad Bergen, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 22 december 2014, heeft het Hof van Beroep te Bergen de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schenden artikel 7 van de wet van 23 ...[+++]


Ausserdem stellt der Gerichtshof fest, dass er sich für nicht zuständig zur Prüfung der durch den vorerwähnten Erlass der Regierung abgeänderten Bestimmungen erklären müsste, da Artikel 26 § 1 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 ihn nicht ermächtigt, im Wege der Vorabentscheidung über die Frage zu urteilen, ob Bestimmungen mit Verordnungscharakter gegen die Artikel 10, 11 und 23 der Verfassung verstossen.

Voor het overige stelt het Hof vast dat het zich onbevoegd zou moeten verklaren om de bij het voormelde besluit van de Regering gewijzigde bepalingen te toetsen, aangezien artikel 26, § 1, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 het Hof niet de bevoegdheid verleent om bij wijze van prejudiciële beslissing uitspraak te doen over de vraag of bepalingen van reglementaire aard de artikelen 10, 11 en 23 van de Grondwet schenden.


Es ist zu prüfen, ob die durch das angefochtene Dekret vorgenommene Gültigkeitserklärung gewisser Gebiete der Sektorenpläne, die zuvor in diese Pläne aufgenommen worden sind, ohne dass vorher die Umweltverträglichkeit dieser Gültigkeitserklärung geprüft werden müsste und ohne dass diesbezüglich eine öffentliche Untersuchung durchgeführt werden müsste, gegen Artikel 23 der Verfassung verstösst, unter Berücksichtigung der Artikel 3 b ...[+++]

Onderzocht moet worden of de geldigverklaring, door het bestreden decreet, van sommige gebieden van de gewestplannen, die vroeger in die plannen zijn opgenomen, zonder dat een voorafgaande milieueffectbeoordeling van die geldigverklaring moet plaatsvinden en zonder dat daaromtrent enig openbaar onderzoek moet worden georganiseerd, afbreuk doet aan artikel 23 van de Grondwet, rekening houdend met de artikelen 3 tot 6 van de voormelde richtlijn 2001/42/EG en met de artikelen 7 en 8 van het voormelde Verdrag van Aarhus.


Es ist zu prüfen, ob die durch das angefochtene Dekret vorgenommene Gültigkeitserklärung gewisser Gebiete der Sektorenpläne, die zuvor in diese Pläne aufgenommen worden sind, ohne dass vorher die Umweltverträglichkeit dieser Gültigkeitserklärung geprüft werden müsste und ohne dass diesbezüglich eine öffentliche Untersuchung durchgeführt werden müsste, gegen Artikel 23 der Verfassung verstösst, unter Berücksichtigung der Artikel 3 b ...[+++]

Onderzocht moet worden of de geldigverklaring, door het bestreden decreet, van sommige gebieden van de gewestplannen, die vroeger in die plannen zijn opgenomen, zonder dat een voorafgaande milieueffectbeoordeling van die geldigverklaring moet plaatsvinden en zonder dat daaromtrent enig openbaar onderzoek moet worden georganiseerd, afbreuk doet aan artikel 23 van de Grondwet, rekening houdend met de artikelen 3 tot 6 van de voormelde richtlijn 2001/42/EG en met de artikelen 7 en 8 van het voormelde Verdrag van Aarhus.


Es ist zu prüfen, ob die Aufhebung des kommunalen Raumordnungsplans als Vorbedingung für die Gestaltung der betreffenden Gebiete und die Möglichkeit zur Erweiterung der ZADI auf andere Wirtschaftstätigkeiten als Industrietätigkeiten, ohne dass vorher die Umweltverträglichkeit der Gestaltung dieser Gebiete insgesamt geprüft werden müsste und ohne dass diesbezüglich eine öffentliche Untersuchung durchgeführt werden müsste, gegen Artikel 23 der Verfassung v ...[+++]

Onderzocht moet worden of de afschaffing van het gemeentelijk plan van aanleg als voorafgaande voorwaarde voor de inrichting van de betrokken gebieden en de mogelijkheid om de ZADI's uit te breiden tot andere economische activiteiten dan industriële activiteiten, zonder dat een voorafgaande milieueffectbeoordeling moet plaatsvinden over de inrichting van deze gebieden in hun geheel en zonder dat daaromtrent enig openbaar onderzoek moet worden georganiseerd, afbreuk doen aan artikel 23 van de Grondwet, rekening houdend met de artikelen 3 tot 6 van richtlijn 2001/42/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2001 betreffende de b ...[+++]


« Verstösst das Gesetz vom 7. Februar 2003 zur Festlegung verschiedener Bestimmungen in Sachen Verkehrssicherheit, insbesondere dessen Artikel 33, der Artikel 69bis des königlichen Erlasses vom 16. März 1968 zur Koordinierung der Gesetze über die Strassenverkehrspolizei (koordinierte Gesetze) eingeführt hat, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung in Verbindung mit Artikel 2 Absatz 2 des Strafgesetzbuches, indem eine Person, die vor dem Polizeigericht oder dem Korrektionalgericht in der Berufungsinstanz wegen Handlungen, die vor de ...[+++]

« Schendt de wet van 7 februari 2003 houdende verschillende bepalingen inzake verkeersveiligheid, inzonderheid artikel 33 ervan, dat artikel 69bis van het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer (gecoördineerde wetten) heeft ingevoerd, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 2, tweede lid, van het Strafwetboek, doordat de persoon die voor de politierechtbank of de correctionele rechtbank in beroep wordt vervolgd wegens feiten die zijn gepleegd vóór de in ...[+++]




datacenter (6): www.wordscope.be (v4.0.br)

'müsste in artikel' ->

Date index: 2024-09-09
w