Vertaling van "moralischen eigenschaften " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

funktionelle Merkmale von Lebensmitteln | funktionelle Merkmale von Nahrungsmitteln | funktionelle Eigenschaften von Lebensmitteln | funktionelle Eigenschaften von Nahrungsmitteln
functionele eigenschappen van voedingsmiddelen

Einrichtung für moralischen Beistand des Zentralen Freigeistigen Rates
Instelling voor morele dienstverlening van de Centrale Vrijzinnige Raad

Einrichtung für moralischen Beistand
instelling voor morele dienstverlening

Dienst für moralischen Beistand
centrum voor morele dienstverlening

Prüfung der Eigenschaften
Onderzoek van eigenschappen

chemische Aspekte von Schokolade | chemische Eigenschaften von Schokolade
chemische aspecten van chocolade

Eigenschaften von Textilien bewerten
eigenschappen van textiel evalueren

Bestaendigkeit der optischen Eigenschaften
duurzaamheid van de optische eigenschappen

thermophysikalische Messungen der Eigenschaften bei sehr hoher Temperatur der Brennstoffe
thermofysische meting van splijtstofelementen bij zeer hoge temperatuur

Konzertierungsabkommen Gemeinschaft-COST über eine konzertierte Aktion auf dem Gebiet der Auswirkungen von Behandlungen auf die physikalischen Eigenschaften von Lebensmitteln (COST-Aktion 90)
Overeenkomst overleg Gemeenschap-Cost inzake een gecoördineerde actie betreffende het effect van behandelingen op de fysische eigenschappen van levensmiddelen (actie Cost 90) (Actie COST 90 bis)

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

sich einem Auswahlverfahren unterziehen, das auf der Grundlage eines vom Bewerber vorgelegten detaillierten Lebenslaufs stattfinden wird und eventuell durch eine eingehende Prüfung der moralischen Eigenschaften und/oder durch eine Befragung ergänzt wird,
zich onderwerpen aan een selectieprocedure die zal gebeuren aan de hand van een door de kandidaten voorgelegd gedetailleerd curriculum vitae, eventueel aangevuld door een screening van de morele hoedanigheden en/of van een interview;

Gemäss dieser Ermächtigung legt Artikel 3 des königlichen Erlasses vom 13. November 1991 « zur Festlegung der auf die Bewertung der moralischen Eigenschaften der Anwärter der Streitkräfte anwendbaren Regeln » die erforderlichen moralischen Eigenschaften aller Militäranwärter fest.
Overeenkomstig die machtiging, bepaalt artikel 3 van het koninklijk besluit van 13 november 1991 « tot bepaling van de regels die gelden bij de beoordeling van de morele hoedanigheden van de kandidaten van de krijgsmacht » de vereiste morele hoedanigheden voor alle kandidaat-militairen.

Artikel 4 desselben Erlasses bestimmt seinerseits die moralischen Eigenschaften, die diejenigen unter ihnen besitzen müssen, die den Personalkategorien der Offiziere oder Unteroffiziere angehören möchten.
In artikel 4 van hetzelfde besluit worden de morele hoedanigheden aangegeven voor diegenen die wensen deel uit te maken van de personeelscategorieën van de officieren of onderofficieren.

« Verstösst Artikel 35 des Gesetzes vom 20. Juli 2005 zur Festlegung verschiedener Bestimmungen, der Artikel 20duodecies in das Gesetz vom 21. Dezember 1990 über das Statut der Militäranwärter des aktiven Kaders einfügt, indem er den König dazu ermächtigt, bestimmte Straftaten festzulegen, die den Anwärtern die erforderlichen moralischen Eigenschaften entziehen können, gegen Artikel 182 der Verfassung und somit gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem der betreffenden Kategorie von Militärpersonen eine verfassungsmässige Garantie versagt wird?
« Schendt artikel 35 van de wet van 20 juli 2005 houdende diverse bepalingen, dat een artikel 20duodecies invoegt in de wet van 21 december 1990 houdende statuut van de kandidaat-militairen van het actief kader, doordat het de Koning ertoe machtigt sommige strafbare feiten te bepalen die aan de kandidaten de vereiste morele hoedanigheden kunnen ontnemen, artikel 182 van de Grondwet en, bijgevolg, de artikelen 10 en 11 ervan, door aan de bedoelde categorie van militairen een grondwettelijke waarborg te ontzeggen ?

Das Gesetz vom 21. Dezember 1990 « über das Statut der Militäranwärter des aktiven Kaders » legt die beruflichen, charakterlichen, körperlichen und moralischen Eigenschaften fest, die Militäranwärter während der gesamten Ausbildung besitzen müssen und die für die Fortsetzung und Entwicklung ihrer Laufbahn entscheidend sind.
De wet van 21 december 1990 « houdende statuut van de kandidaat-militairen van het actief kader » bepaalt de professionele, karakteriële, fysieke en morele hoedanigheden die de kandidaat-militairen moeten bezitten tijdens hun volledige opleiding en die doorslaggevend zijn voor het voortzetten en de ontwikkeling van hun loopbaan.