Die Vergütung für das mittelfristige Darlehen, das die Bank im Rahmen der Liquiditätsregelung erhielt, entspricht im Einklang mit den Bedingungen dieser Regelung dem höheren der beiden folgenden Sätze: i) IWF-Sonderziehungsrecht + 345 bps und ii) Interbankenangebotssatz (im Folgenden „IBOR“) für zwölf Monate + 100 bps + 123,5 bps (monatlicher Durchschnittssatz von 3,79 % - 4,08 %).
Voor de lening op middellange termijn die de bank op grond van de liquiditeitsregeling heeft ontvangen geldt een vergoeding van (i) speciale trekkingsrechten van het IMF (hierna „SDR” genoemd) + 345 basispunten en (ii) 12 maands-Interbank offered Rate (hierna „IBOR” genoemd) + 100 basispunten + 123,5 basispunten (wat neerkomt op een maandgemiddelde van tussen de 3,79 % en 4,08 %), overeenkomstig de in de liquiditeitsregeling vastgestelde voorwaarden.