2 500 mm bei einem Außenbahnsteig bzw. 3 300 mm bei einem Mittelbahnsteig (für diese Abmessung ist an den Bahnsteigenden eine Verjüngung auf 2 500 mm zulässig).
voor een enkelzijdig perron 2 500 mm of voor een eilandperron 3 300 mm bedragen (deze breedte mag naar de koppen toe taps afnemen).