Vertaling van "mittel erteilen sollte " (Duits → Nederlands) :

115. ist der Ansicht, dass die Dienste und Verfahren der GD Finanzen vereinfacht und rationalisiert werden sollten, um die Bearbeitung der Rechnungen der in den Mitgliedstaaten ansässigen örtlichen Assistenten zu beschleunigen und Wartezeiten und Bürokratie abzubauen; vertritt die Auffassung, dass die GD Finanzen den Mitgliedern rascher elektronisch Auskunft über die noch verfügbaren Mittel erteilen sollte; ist ferner der Ansicht, dass die GD Finanzen für die Bediensteten der Mitglieder Schulungen im Bereich der Verfahren veranstalten sollte; vertritt die Ansicht, dass die GD Finanzen zu diesem Zweck bis spätestens 30. September 2011 einen Aktionsplan ausarbeiten sollte;
115. is van oordeel dat de diensten en procedures van DG Financiën moeten worden vereenvoudigd en gestroomlijnd voor een snellere afhandeling van facturen van lokale assistenten in de lidstaten en om vertragingen en bureaucratie terug te dringen; is van mening dat DG Financiën sneller elektronische informatie aan leden moet verschaffen over resterende beschikbare middelen; is voorts van mening dat DG Financiën de medewerkers van leden zou moeten trainen in de procedures; is van mening dat DG Financiën daarvoor uiterlijk 30 september 2011 een actieplan moet uitwerken;

114. ist der Ansicht, dass die Dienste und Verfahren der GD Finanzen vereinfacht und rationalisiert werden sollten, um die Bearbeitung der Rechnungen der in den Mitgliedstaaten ansässigen örtlichen Assistenten zu beschleunigen und Wartezeiten und Bürokratie abzubauen; vertritt die Auffassung, dass die GD Finanzen den Mitgliedern rascher elektronisch Auskunft über die noch verfügbaren Mittel erteilen sollte; ist ferner der Ansicht, dass die GD Finanzen für die Bediensteten der Mitglieder Schulungen im Bereich der Verfahren veranstalten sollte; vertritt die Ansicht, dass die GD Finanzen zu diesem Zweck bis spätestens 30. September 2011 einen Aktionsplan ausarbeiten sollte;
115. is van oordeel dat de diensten en procedures van DG Financiën moeten worden vereenvoudigd en gestroomlijnd voor een snellere afhandeling van facturen van lokale assistenten in de lidstaten en om vertragingen en bureaucratie terug te dringen; is van mening dat DG Financiën sneller elektronische informatie aan leden moet verschaffen over resterende beschikbare middelen; is voorts van mening dat DG Financiën de medewerkers van leden zou moeten trainen in de procedures; is van mening dat DG Financiën daarvoor uiterlijk 30 september 2011 een actieplan moet uitwerken;

11. betont, dass das auf der Grundlage der Bewertung durch den zuständigen Ausschuss bzw. die zuständigen Ausschüsse erfolgende Ersuchen des Parlaments, ein designiertes Mitglied der Kommission zu ersetzen oder ihm einen anderen Geschäftsbereich zuzuweisen, uneingeschränkt berücksichtigt werden sollte; vertritt die Auffassung, dass im Fall eines Ersuchens des Parlaments, ein designiertes Mitglied der Kommission zu ersetzen, eine Frist gesetzt werden sollte, innerhalb der von dem betreffenden Mitgliedstaat ein neuer Kandidat bzw. eine neue Kandidatin nominiert werden muss; spricht sich dagegen aus, in besonderen Situationen, in denen entschieden wird, dass der zweite von einem Mitgliedstaat vorgeschlagene Kandidat bzw. die zweite von einem Mitgliedstaat vorgeschlagene Kandidatin ebenfalls ungeeignet ist, dem Kollegium anzugehören bzw. die besonderen Aufgaben wahrzunehmen, mit denen das designierte Mitglied betraut werden soll, einen Ansatz zu verfolgen, der nur eine Annahme zulässt; vertritt die Auffassung, dass eine begrenzte Verlängerung der Amtszeit der scheidenden Kommission nur in besonderen Fällen, in denen das Parlament aufgrund des Erfordernisses einer angemessenen Vorbereitung zusätzlicher Anhörungen die Zustimmung zur neuen Kommission nicht vor dem 1. November erteilen kann, als letztes Mittel hinnehmbar sein kann;
11. benadrukt dat ten volle rekening moet worden gehouden met het verzoek van het Parlement om een kandidaat-commissaris te vervangen of een andere portefeuille toe te wijzen, op basis van de beoordeling door de verantwoordelijke commissie(s); is van mening dat er een termijn moet worden vastgesteld voor de nominatie van een nieuwe kandidaat door de betrokken lidstaat wanneer het Parlement vraagt een kandidaat-commissaris te vervangen; is gekant tegen het gebrek aan mogelijkheden in het uitzonderlijke geval wanneer de tweede door een lidstaat voorgestelde kandidaat eveneens als niet geschikt wordt beschouwd om lid van het college te zijn of om de specifieke taken uit te voeren die aan hem of haar werden toegewezen; is van oordeel dat een beperkte verlenging van het mandaat van de uittredende Commissie aanvaardbaar kan zijn als laatste redmiddel, maar enkel in uitzonderlijke gevallen wanneer het Parlement niet in staat is de nieuwe Commissie vóór 1 november goed te keuren omwille van de noodzaak om de bijkomende hoorzittingen naar behoren voor te bereiden;

Der Bürgerbeauftragte, der auch auf eigene Initiative tätig werden kann, muss über alle für die Erfüllung seiner Aufgaben notwendigen Mittel verfügen. Im Hinblick darauf sind die Organe und Institutionen der Gemeinschaft verpflichtet, dem Bürgerbeauftragten auf Anfrage die von ihm erbetenen Auskünfte zu erteilen unbeschadet der Auflage für den Bürgerbeauftragten, diese Auskünfte nicht zu verbreiten. Der Zugang zu Verschlusssachen, insbesondere zu sensiblen Dokumenten im Sinne des Artikels 9 der Verordnung (EG) Nr. 1049/2001 , sollte nur gewährt werden, wenn die Sicherheitsvorschriften des betreffenden Organs oder der betreffenden Institution der Gemeinschaft eingehalten werden. Die Organe oder Institutionen, die die in Artikel 3 Absatz 2 Unterabsatz 1 genannten Verschlusssachen zur Verfügung stellen, sollten den Bürgerbeauftragten darauf hinweisen, dass es sich um Verschlusssachen handelt. Zur Umsetzung der in Artikel 3 Absatz 2 Unterabsatz 1 vorgesehenen Regelungen sollte der Bürgerbeauftragte im Voraus mit dem betreffenden Organ oder der betreffenden Institution die Bedingungen für die Behandlung von Verschlusssachen und anderen unter das Dienstgeheimnis fallenden Informationen vereinbaren.
overwegende dat de Ombudsman, die ook op eigen initiatief kan optreden, moet kunnen beschikken over alle elementen die voor de uitoefening van zijn ambt nodig zijn; dat de communautaire instellingen en organen de Ombudsman daartoe desgewenst de door hem verlangde inlichtingen dienen te verstrekken, onverminderd de plicht die op de Ombudsman rust om die gegevens niet te verspreiden; dat de toegang tot gerubriceerde gegevens en documenten, met name gevoelige documenten in de zin van artikel 9 van Verordening (EG) nr. 1049/2001 , onderworpen moet zijn aan naleving van de veiligheidsregels van de desbetreffende communautaire instellingen of organen; dat de instellingen of organen die de hiervoor bedoelde gerubriceerde gegevens of documenten verstrekken zoals vermeld in de eerste alinea van artikel 3, lid 2, de Ombudsman van de rubricering daarvan op de hoogte dienen te stellen; dat de Ombudsman voor de tenuitvoerlegging van regels bedoeld in eerste alinea van artikel 3, lid 2, met de desbetreffende instellingen of organen overeenstemming dient te bereiken over de voorwaarden voor de behandeling van gerubriceerde gegevens en documenten en andere informatie die valt onder de verplichting inzake beroepsgeheim; dat wanneer de Ombudsman de gevraagde bijstand niet wordt verleend, hij hiervan melding maakt aan het Europees Parlement, dat passende stappen dient te ondernemen;

„Der Bürgerbeauftragte, der auch auf eigene Initiative tätig werden kann, muss über alle für die Erfüllung seiner Aufgaben notwendigen Mittel verfügen. Im Hinblick darauf sind die Organe und Institutionen der Gemeinschaft verpflichtet, dem Bürgerbeauftragten auf Anfrage die von ihm erbetenen Auskünfte zu erteilen unbeschadet der Auflage für den Bürgerbeauftragten, diese Auskünfte nicht zu verbreiten. Der Zugang zu Verschlusssachen, insbesondere zu sensiblen Dokumenten im Sinne des Artikels 9 der Verordnung (EG) Nr. 1049/2001 (5), sollte nur gewährt werden, wenn die Sicherheitsvorschriften des betreffenden Organs oder der betreffenden Institution der Gemeinschaft eingehalten werden. Die Organe oder Institutionen, die die in Artikel 3 Absatz 2 Unterabsatz 1 genannten Verschlusssachen zur Verfügung stellen, sollten den Bürgerbeauftragten darauf hinweisen, dass es sich um Verschlusssachen handelt. Zur Umsetzung der in Artikel 3 Absatz 2 Unterabsatz 1 vorgesehenen Regelungen sollte der Bürgerbeauftragte im Voraus mit dem betreffenden Organ oder der betreffenden Institution die Bedingungen für die Behandlung von Verschlusssachen und anderen unter das Dienstgeheimnis fallenden Informationen vereinbaren.
„Overwegende dat de ombudsman, die ook op eigen initiatief kan optreden, moet kunnen beschikken over alle elementen die voor de uitoefening van zijn ambt nodig zijn; dat de communautaire instellingen en organen de ombudsman daartoe desgewenst de door hem verlangde inlichtingen dienen te verstrekken, onverminderd de plicht die op de ombudsman rust om die gegevens niet te verspreiden; dat de toegang tot gerubriceerde gegevens en documenten, met name gevoelige documenten in de zin van artikel 9 van Verordening (EG) nr. 1049/2001 (5), onderworpen moet zijn aan naleving van de veiligheidsregels van de desbetreffende communautaire instellingen of organen; dat de instellingen of organen die de hiervoor bedoelde gerubriceerde gegevens of documenten verstrekken zoals vermeld in de eerste alinea van artikel 3, lid 2, de ombudsman van de rubricering daarvan op de hoogte dienen te stellen; dat de ombudsman voor de tenuitvoerlegging van regels bedoeld in eerste alinea van artikel 3, lid 2, met de desbetreffende instellingen of organen overeenstemming dient te bereiken over de voorwaarden voor de behandeling van gerubriceerde gegevens en documenten en andere informatie die valt onder de verplichting inzake beroepsgeheim; dat wanneer de ombudsman de gevraagde bijstand niet wordt verleend, hij hiervan melding maakt aan het Europees Parlement, dat passende stappen dient te ondernemen;