14. verweist darauf, dass die Mitteilung der Kommission der geschlechtsspezifischen Auswirkung der CSR-Grundsätze oder geschlechterpolitischen Fragen im Verhältnis zu diesen Grundsätzen wenig Aufmerksamkeit schenkt; ist der Auffassung, dass die aktive Förderung der Geschäftstätigkeit von Frauen, der Diversifizierung der Arbeitskraft und eines ausgewogenen Arbeitslebens über ihre rechtlichen Verpflichtungen hinaus den Sinn der Unternehmen für soziale und umweltpolitische Verantwortung stärken kann; fordert diesbezüglich u.a.:
14. wijst erop dat in de mededeling van de Commissie niet veel aandacht uitgaat naar de gevolgen van MVO-beginselen voor de gelijkheid van mannen en vrouwen en de daarmee samenhangende genderbeleidsvraagstukken; is van mening dat door het actief bevorderen van het vrouwelijk ondernemerschap, de diversiteit van de actieve bevolking en het evenwicht van het beroepsleven de verantwoordelijkheidszin van de bedrijven op sociaal en milieugebied, nog afgezien van hun wettelijke verplichtingen, kan worden versterkt; wenst dat daartoe o.a.