Artikel 151 § 5 der Verfassung bestimmt jedoch, dass die Letztgenannten vom König bezeichnet werden (Absatz 1), während die Letztgenannten « von den Höfen und den Gerichten aus deren Mitte unter den Bedingungen und in der Weise, die das Gesetz festlegt » bezeichnet werden (Absatz 4).
Artikel 151, § 5, van de Grondwet bepaalt evenwel dat de laatstgenoemden door de Koning worden aangewezen (eerste lid), terwijl de eerstgenoemden « door de hoven en de rechtbanken [.] uit hun leden onder de voorwaarden en op de wijze bij de wet bepaald » worden aangewezen (vierde lid).