Indien ten minste een van de aan de fusie deelnemende vennootschappen onderworpen is aan regels op het gebied van de medezeggenschap van werknemers en indien de nationale wetgeving die op de uit de fusie ontstane vennootschap van toepassing
is zodanige regels niet voorschrijft aan deze laatstgenoemde vennootschap, worden de medezeggenschapsrechten van de werknemers in de uit de fusie ontstane vennootschap en hun rol bij de vaststelling van deze rechten door de lidstaten geregeld overeenkomstig de beginselen en regelingen vervat in artikel 12, leden 2, 3 en 4, van Verordening (EG) nr. 2157/2001 en de volgende bepalingen van Richtlijn 2001
...[+++]/86/EG: