35. warnt die Mitgliedstaaten erneut vor den Vorgehensweisen von Gruppen mit Sektencharakter, die die geistige oder körperliche Integrität des Einzelnen bedrohen, und fordert sie auf, auf der Grundlage ihrer straf- und zivilrechtlichen Bestimmungen gegen ungesetzliche Praktiken und Missstände bei diesen Gruppen mit Sektencharakter vorzugehen;
35. waarschuwt de lidstaten nogmaals voor de gevaarlijke handelingen van groeperingen met een sectarisch karakter, die de lichamelijke of psychische integriteit van individuele personen bedreigen, en roept de lidstaten ertoe op via hun normale strafrechtelijke en civielrechtelijke wetgeving aandacht te besteden aan de bestrijding van onwettige praktijken en misstanden bij deze groeperingen met een sectarisch karakter;