Vertaling van "minderheiten in islamischen " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

Al Qaïda au Maghreb Islamique | Al-Qaida im Islamischen Maghreb | Organisation Al-Qaida im Islamischen Maghreb | AQM [Abbr.] | AQMI [Abbr.]
Al Qaida in de Islamitische Maghreb | AQIM [Abbr.]

Achtung der Minderheiten | Achtung von Minderheiten
eerbiediging van minderheden | respect voor minderheden

Organisation der Islamischen Konferenz | Organisation für Islamische Zusammenarbeit | OIC [Abbr.]
Islamitische Conferentie Organisatie | Organisatie van Islamitische Samenwerking | OIS [Abbr.]

Imam-Direktor des Islamischen Zentrums
imam-directeur van het Islamistisch centrum

im Rahmen der Interessenvertretung für Minderheiten dolmetschen
tolkdiensten bij belangenbehartiging verzorgen

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Ein besonderes Anliegen muss der Europäischen Union die Wahrung der Minderheitenrechte, vor allem eine Besserung der Lage der Christen und anderer religiöser Minderheiten in islamischen Ländern sein, wobei vor allem Erstere massiver Verfolgung ausgesetzt und Hauptopfer religiöser Gewalt sind.
Bescherming van de rechten van minderheden, met name de verbetering van de situatie van christenen en andere religieuze minderheden in islamitische landen, moet een bijzonder streven van de Europese Unie zijn, waarbij met name christenen te lijden hebben onder massale vervolging en het belangrijkste slachtoffer van religieus geweld zijn.

42. stellt mit Bedauern fest, dass der staatliche Rat für nationale Minderheiten seit 2009 nicht aktiv ist; fordert die staatlichen Stellen auf, die Einrichtung des bosnischen Nationalrats sowie die Integration der beiden islamischen Glaubensgemeinschaften im Land in gutem Glauben zu unterstützen; weist darauf hin, dass die Region Sandžak sowie der Süden und der Südosten Serbiens, in dem ein großer Teil der Minderheiten lebt, wirtschaftlich unterentwickelt sind, was zusätzliche Anstrengungen der staatlichen Stellen erforderlich macht, etwas gegen die hohe Arbeitslosigkeit und soziale Ausgrenzung zu unternehmen; weist erneut darauf hin, wie wichtig die Umsetzung des Protokolls über nationale Minderheiten ist, das am 1. März 2012 von den Regierungen von Rumänien und Serbien in Brüssel unterzeichnet wurde; fordert die staatlichen Stellen Serbiens auf, die Lage aller Minderheiten einschließlich der Roma, Bosniaken, Albaner und Bulgaren, zu verbessern, die von der Wirtschaftsrezession in vergleichsweise hohem Maße betroffen sind, und die kohärente Anwendung des Rechtsrahmens zum Minderheitenschutz in ganz Serbien sicherzustellen, insbesondere in den Bereichen Bildung, Sprache und kulturelle Rechte; verurteilt die jüngsten Zwischenfälle in der Vojvodina, bei denen es auch zu Übergriffen auf Angehörige ethnischer Minderheiten kam; fordert die Behörden und insbesondere die Sicherheitskräfte deshalb auf, die Einzelheiten dieser Zwischenfälle aufzuklären;
42. moet helaas vaststellen dat de Republikeinse Raad voor nationale minderheden sinds 2009 niet meer actief is geweest; roept de autoriteiten op de oprichting van de Bosnische nationale raad alsmede de integratie van de twee islamitische gemeenschappen in het land te goeder trouw te bevorderen; wijst erop dat de Sandžak en Zuid- en Zuidoost-Servië, waar een groot aantal minderheden woont, economische achterstandsregio's zijn die verdere inspanningen van de autoriteiten behoeven om de hoge werkloosheid en sociale uitsluiting tegen te gaan; wijst nogmaals op het belang van de uitvoering van het protocol betreffende nationale minderheden dat op 1 maart 2012 in Brussel door de Roemeense en de Servische regering is ondertekend; roept de Servische autoriteiten op de situatie te verbeteren van alle minderheden, waaronder Roma, Bosnische, Albanese en Bulgaarse minderheden, die onevenredig hard door de economische neergang worden getroffen, en in geheel Servië een consistente toepassing te waarborgen van het rechtskader ter bescherming van minderheden, met name op het gebied van onderwijs, taal en culturele rechten; betreurt de incidenten met geweld tegen etnische minderheden die onlangs in Vojvodina hebben plaatsgevonden; verzoekt daarom de autoriteiten, en met name de rechtshandhavingsinstanties, alle details van de betrokken zaken te onderzoeken;

D. in der Erwägung, dass die Verfassung der Islamischen Republik Iran offiziell die faire Behandlung ethnischer Minderheiten vorsieht; in der Erwägung, dass jedoch in der Praxis Mitglieder ethnischer Minderheiten wie etwa Aserbaidschaner, Araber, Kurden und Belutschen einem breiten Spektrum an Menschen- und Bürgerrechtsverletzungen ausgesetzt sind, wozu auch Eingriffe in ihr Recht auf Versammlungs- und Vereinigungsfreiheit und auf freie Meinungsäußerung zählen;
D. overwegende dat eerlijke behandeling van de etnische minderheden formeel in de Grondwet van de Islamitische Republiek Iran is verankerd; overwegende echter dat in de praktijk leden van etnische minderheden als Azeri's, Arabieren, Koerden en Baluchi's geconfronteerd worden met een brede waaier aan schendingen van de mensenrechten, onder meer inbreuken op hun recht op vergadering, vereniging en meninguiting;

9. stellt fest, dass religiöse Minderheiten sich in der islamischen Türkei immer noch in einer sehr prekären Situation befinden; stellt fest, dass die christlich-orthodoxe und die katholische Gemeinde immer noch keine Rechtspersönlichkeit besitzen, dass Kirchen kein Eigentum erwerben dürfen und dass beschlagnahmte Besitztümer immer noch nicht zurückgegeben wurden; stellt fest, dass religiöse Minderheiten in der Türkei nicht nur Opfer von Diskriminierung und zahlreichen behördlichen Schikanen sind, sondern auch zunehmend Gewalthandlungen zum Opfer fallen; hält das Urteil des türkischen Obersten Gerichtshofes vom 26. Juni 2007 im Fall des Patriarchs von Konstantinopel für bezeichnend für die Behandlung der religiösen Minderheiten in der Türkei; hält es für unannehmbar, dass ein offizieller Beitrittskandidat die Rechte und Freiheiten religiöser Minderheiten derartig verletzt, und fordert, dass die Türkei unverzüglich ein Gesetz über Stiftungen erlässt, das der bestehenden Rechtsunsicherheit ein Ende bereitet, und klare Rechtsvorschriften festlegt, in denen die freie Ausübung der Religion uneingeschränkt gewährleistet und es religiösen Minderheiten u.a. gestattet wird, Immobilien zu erwerben und Geistliche auszubilden; geht davon aus, dass die finanzielle Unterstützung der Türkei in Zukunft vom Schutz des christlichen Erbes abhängig gemacht wird;
9. stelt vast dat godsdienstige minderheden zich in het islamitische Turkije in een zeer precaire situatie bevinden; stelt vast dat de orthodoxe en katholieke gemeenschappen nog altijd geen rechtspersoonlijkheid hebben, dat kerken geen eigendom kunnen verwerven en dat in beslag genomen eigendommen nog altijd niet zijn teruggegeven; stelt vast dat godsdienstige minderheden in Turkije niet alleen het slachtoffer zijn van discriminatie en allerhande administratieve pesterijen maar ook van stijgend geweld; vindt de uitspraak van het Turkse Hof van Cassatie van 26 juni 2007 ten aanzien van de Patriarch van Constantinopel illustratief voor de behandeling door Turkije van zijn godsdienstige minderheden; vindt het onaanvaardbaar hoe een officiële kandidaat-lidstaat van de EU de rechten en vrijheden van godsdienstige minderheden schendt en eist dat Turkije zonder uitstel een wet over stichtingen uitvaardigt die een einde maakt aan de bestaande rechtsonzekerheid, en een duidelijke regelgeving vaststelt, die de vrije uitoefening van godsdienst ten volle garandeert en godsdienstige minderheden onder andere toelaat onroerend goed te verwerven en geestelijken op te leiden; verwacht dat financiële steun aan Turkije voortaan afhankelijk wordt gemaakt van de bescherming van het christelijk erfgoed;

36. weist darauf hin, dass zur Erfüllung der politischen Kriterien auch die Anerkennung von gemeinsamen religiösen Rechten von christlichen und nicht-islamischen Minderheiten in der Türkei zählt und die Frage der Rechtsstellung der nicht-islamischen Minderheiten in der Türkei einer Klärung im Sinne des Memorandums der griechisch-orthodoxen, der syriakischen, der armenischen sowie der römisch-katholischen Kirche vom 23. September 2003 an den Ausschuss für Menschenrechte der türkischen Nationalversammlung zu lösen ist;
36. wijst erop dat tot de naleving van de politieke criteria ook de erkenning van gemeenschappelijke religieuze rechten van christelijke en niet-islamitische minderheden in Turkije hoort en dat de kwestie van de gelijke behandeling van de niet-islamitische minderheden in Turkije moet worden opgelost in de zin van het memorandum van de Grieks-Orthodoxe, Syrische, Armeense en Rooms-Katholieke kerk van 23 september 2003 aan de commissie Mensenrechten van de Turkse Nationale Vergadering;