J. in der Erwägung, dass die Staatsorgane Kasachstans den Vorwurf der „Anstachelung zum sozialen Unfrieden“ mehrmals als vagen und zu weit gefassten Vorwurf benutzt haben, mit dem die rechtmäßige Ausübung der Rechte der Meinungs- und Versammlungsfreiheit kriminalisiert werden kann, die nach den internationalen Menschenrechtsnormen geschützt sind;
J. overwegende dat de Kazachstaanse autoriteiten herhaaldelijk gebruik hebben gemaakt van de aanklacht "aanzetten tot maatschappelijke onrust", een vage en onduidelijke aanklacht die kan worden gebruikt om de legitieme uitoefening van de vrijheid van meningsuiting en de vrijheid van vergadering die beschermd zijn in het internationaal humanitair recht, te criminaliseren;