In seinem Urteil Nr. 147/2008 vom 30. Oktober 2008 hat der Hof für Recht erkannt, dass Artikel 29 § 1 des vorerwähnten Gesetzes vom 26. Mai 2002 vor seiner Abänderung durch das Gesetz vom 30. Dezember 2009 gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung verstiess, insofern die darin erwähnte Verjährungsfrist über die in Artikel 2277 des Zivilgesetzbuches vorgesehene Verjährungsfrist von fünf Jahren hinausgeht.
In zijn arrest nr. 147/2008 van 30 oktober 2008 heeft het Hof voor recht gezegd dat artikel 29, § 1, van de voormelde wet van 26 mei 2002, vóór de wijziging ervan bij de wet van 30 december 2009, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schond in zoverre de verjaringstermijn waarnaar het verwijst, de in artikel 2277 van het Burgerlijk Wetboek bedoelde verjaringstermijn van vijf jaar overschrijdt.