7. bekräftigt seinen in Ziffer 58 seiner Entschl
ießung vom 23. Mai 2007 zu dem Jahresbericht des Rates an das Europäische Parlament über die Hauptaspekte und grundlegenden Optionen der GASP, einschließlich der finanziellen Auswirkungen für den Gesamthaushaltsplan der Europäischen Union – 2005, vertretenen Standpunkt wie folgt: „vertritt die Ansicht, dass eine echte finanzielle Bewertung der Auswirkungen auf den EU-Haushalt bislang durch den Umstand erschwert wurde, dass der Rat keine zweckdienlichen Informationen geliefert hat, [.]; vertritt die Ansicht, dass mit der Unterzeichnung der neuen Interinstitutionellen Ve
reinbarung ...[+++] von 2006 nunmehr die Zeit gekommen ist, diese Bestimmungen, die nun eindeutig festgeschrieben wurden, in Buchstaben und Geist umzusetzen“; 7. herhaalt zijn standpunt als uitgedrukt in paragraaf 58 van zijn r
esolutie van 23 mei 2007 over het jaarlijkse verslag van de Raad aan het Europees Parlement over de voornaamste aspecten en fundamentele keuzes van het GBVB, met inbegrip van de financiële gevolgen ervan voor de algemene begroting van de Europese Unie - 2005: "is van opvatting dat een echte beoordeling van de financiële gevolgen voor de begroting van de EU tot dusver is gehinderd door het ontbreken van proactieve informatieverstrekking van de zijde van de Raad, [...]; is van mening dat met de ondertekening van het nieuwe Interinstitutioneel Akkoord het ogenblik is gekom
...[+++]en om deze bepalingen, die nu duidelijk zijn geformaliseerd, naar letter en geest ten uitvoer te leggen";